Odiel Daem en "Ghéonkring"

LUDO, 1931-10-18


Source

De Standaard, 1931-10-18


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◻◻◻◻ Victor J. Brunclair: Ter nagedachtenis va... 1933-03-17
  2. ◼◻◻◻◻ J.B.: Nieuwsjes uit de too... 1929-03-25
  3. ◼◻◻◻◻ Willem Putman: Marieken van Nijmege... 1924-10-04
  4. ◼◻◻◻◻ Anon.: Het Vlaamsch Volksto... 1924-10-08
  5. ◼◻◻◻◻ Cr.: Bij Dr Oscar De Gruy... 1921-10-16

Odiel Daem en "Ghéonkring"

"Men heeft veel gesmaald op 't liefhebberstooneel. Ondanks is 's werelds loon. Aan de dilettanten dankt het tooneel alles. Vroeger, en nu nog, werden er de beste krachten voor het beroepstooneel uit opgepikt. En telkens is een hernieuwing van die Zondagspelers gekomen."

Het beroepstooneel heeft de meeste zorgen met zijn kas. De smaak van het publiek moet voldaan worden. Voldoen is niet veranderen en veredelen. Veranderen is ruiten breken. Veredelen is eerst ontsmetten.

"Ghéon" de Berchemsche tooneelkring gaat nu zijn 8ste jaar op dien weg. Waarom dien naam? Wel bij de stichting was de naam van den gekenden Franschen dramaturg een vlag van opstand op de planken, waarmede het toenmalig voos naturalisme in den hoek knock-out werd gelegd. Want van den schrijver zelf werden maar twee stukken opgevoerd, het laatste "Trois jeune filles à marier".

Zoo wordt mijn ontmoeting ingezet met Odiel Daem, Ghéon's leider, die onder zijn breed, ongeroerd gelaat, met het wijd uiteenlaaien van krulhaar op zijn Beethovens, niet zulke groote bedrijvigheid laat vermoeden, tenzij een weinig in de donkere oogen, waarvan de gloed afketst op dikke glazen van een Harold Lloyd-hoornen bril.

WAT REEDS VOORBIJ IS

Van eerst af, werd ingezet met "Cain" van Anton Wildgans, gevolgd door Hegenscheidt's "Starkadd". "Het Salzburger Wereldtheater" van Hugo van Hofmannsthal in de uitstekende vertaling van E. H. Joris Caeymaex. Aan het publiek werd nog wat toegegeven met "Jonkvrouw de la Seighère" en "Pietje de Landlooper" van Fabricius. Maar toen was de beker boordevol. "De Vrek" van Molière werd een nieuwe wegwijzer en "Beatrijs" van Herman van Overbeke een sukses dat een 500-tal trouwe belangstellenden rond ons schaarde. Toen wist men eerst goed dat "Ghéon" in Berchem bestond, en wisten wij bepaald dat in onze verdere werking geen toegeving aan de wansmaak nog zou gedaan worden.

Het modernisme werd over 5 jaar ingezet met "De Stem" van Herman Bahr. Flinke krachten werden gevormd; de heeren De Winter en De Vocht, nu de hoofdspelers van Sint-Augustinus-kring, de tooneelspelers Bonefske, Greta Lens, Carry Ceurvels die later in beroepskringen hun weg vonden. Bij ons kreeg Lode Geysen ook het eerste kontakt met het moderne toneel.

TOEKOMST EN STOUTE DROOMEN

Voor dees jaar hebben wij "Pachter Dandin" van Molière, "Maria's Boodschap" van Claudel, in een andere opvatting dan die van het Vlaamsche Volkstooneel, "Lysistrata" van Aristophanes, een geweldige en nog altijd aktueele satyre op de vrouw, misschien "L'invitation au voyage" van Jean-Jacques Bernard, van de fijnste stemmingskunst die er kan gevonden worden en dan als hoofdzet de trilogie van Aeschylos zijnde: 1. Agamemnon; 2. De Offerplengsters; 3. De Eumeniden, en dit voor de wedstrijd van het Landjuweel, die deze drie deelen wel als één stuk zouden aanvaarden. Natuurlijk moet er veel geknipt worden, anders was het een spektakel van zes uur, maar de toeschouwers krijgt alzoo een volledig inzicht in de opzet van het werk, want met de laatste opvoering van "Oidipus te Kolonnes" is het mij opgevallen dat het gegevene in zulke vervolgwerken, den toeschouwer in de lucht schijnt te hangen. Zij vatten het deel dat hen getoond wordt niet in zijn geheel verband indien zij de reeks niet gelezen hebben. De proefvoorstelling gaat in Maart '32.

En daarmede zal Ghéon in een kader staan, waar ik haar reeds lang in gewenscht heb, namelijk dit van zich uitsluitend te wijden aan

KLASSIEK TOONEEL

Lode Monteyne heeft het zelf bekend in een zijner kritieken. Hij is overtuigd dat een beroepsgezelschap, door zijn regelmatig verplicht opvolgend repertorium niet die noodige zorg voor volmaaktheid aan het klassieke tooneel kan bezorgen. En tweedens: Een beroepsgezelschap kan niet uitsluitend op het terrein van het klassieke speelplan blijven en er teren.

Het is alleen te doen met spelers die jaren gevormd zijn, de noodige intellektualiteit bezitten om in den geest van het werk te dringen en zich daarin te bewegen en met de noodige belanglooze offervaardigheid om niet het sukses of dit uitsluitend te dienen. Dit pogen kan maar alleen gelukken met de medewerking van alle tooneelliefhebbers en vooral met die van onderwijsgestichte en colleges, waar de opvoering van klassiek werk in hun leerplan valt. Voor die volmaaktheid van opvoeringen is toch maar tertijde de "Comédie Française" opgericht. Wij hebben in ons streven het klaar begrip van de onontkoombare eenzijdigheid, maar ook van de noodzakelijkheid die zich opdringt en van de leemte die in ons Vlaamsch tooneelleven te vullen is.

Het zal een tegenwicht zijn voor de huidige eksperimenten, die ontbeerlijk waren, waar wij allen veel bijgeleerd hebben, maar die op zich zelf toch geen doel zijn, enkel middel.

WAT ODIEL DAEM ZEGT OVER REGIE

Bij mijn laatste bezoek bij Cyriel Verschaeve, heb ik verwonderd gestaan over de gezonde ideeën, die deze geniale Vlaamsche priester-dichter over het tooneel heeft. Hij stelde mij de vraag aangaande het slagwoord "alle literatuur van de planken". "Heeft de dramatische letterkunde geniale produkten voortgebracht, ja of neen". "Rangschikt gij tooneel dan bij de letterkunde of wat!""En met welk recht snoeit de regisseur dan de fantasie en het dramatisch vermogen van den schrijver?"

Is het omdat de Grieken over minder hulpmiddelen beschikten dat zij geen onovertroffen tooneelhoogtepunten bereikten. Zeker de regisseur moet een teknische vakman zijn, het tooneel beheerschen maar ook over geestelijke waardens beschikken. Het komt er niet op aan het tooneel te vullen, er te laten bewegen, regeeren over plan en ruimte, dat kan een behanger, een ceremoniemeester ook. Knappe interieurs, werken met projekteurs blijft bij de materieele kant. Laat spelers improviseeren: het wordt hoogstens schitterend geklets. Gemeenschapskunst is loonend werk. Gij daalt af tot het peil van het publiek, gij gaat de emotie vinden van de 20 eeuwsche toeschouwer. Het is zeker wat waard van zich te laten spreken. Maar vraagt een vader aan het kind, hoe het wil opgevoed worden?

Het schijnt op het oogenblik een groote eer te verklaren tot geen enkele school te behooren. Ik beken graag alles te danken te hebben aan wijlen Dr. De Gruyter, die eerbied had voor het werk, het trachtte met al zijn middelen te doorgronden en met al zijn krachten te dienen en het woord blijft toch immers het groote uitdrukkingsmiddel. Best mogelijk dat schoonheid een accidenteel iets is maar, zelfs onbewust, moet de regisseur toch zijn spelers kennen en weten wat hij er uithalen kan. En alles is niet toegelaten. Alleen datgene wat een werk sterker en grooter doet voorkomen. Geen eigenaardigdoenerij, geen "épater le bourgeois". Want dit is heel gemakkelijk en kunst blijft toch steeds een inspanning, vooral van geestelijke krachten.

LUDO


Items that may be related to this text

  1. ◼◻◻◻◻ Victor J. Brunclair: Ter nagedachtenis va... 1933-03-17
    Starkadd • M. • H. • Jan Oscar De Gruyter • Vlaamsch Volkstooneel
  2. ◼◻◻◻◻ J.B.: Nieuwsjes uit de too... 1929-03-25
    Cyriel Verschaeve • Vlaamsch Volkstooneel • Paul Claudel • Jan Oscar De Gruyter • l'Annonce faite à Marie
  3. ◼◻◻◻◻ Willem Putman: Marieken van Nijmege... 1924-10-04
    Lode Monteyne • Johan Fabricius • Vlaamsch Volkstooneel • Anton Wildgans • Jan Oscar De Gruyter
  4. ◼◻◻◻◻ Anon.: Het Vlaamsch Volksto... 1924-10-08
    Starkadd • Vlaamsch Volkstooneel • Herman van Overbeke • Jan Oscar De Gruyter
  5. ◼◻◻◻◻ Cr.: Bij Dr Oscar De Gruy... 1921-10-16
    Vlaamsch Volkstooneel • Starkadd • M. • H. • Jan Oscar De Gruyter
  6. ◼◻◻◻◻ C.: Onze Tooneelintervie... 1931-08-06
    Vlaamsch Volkstooneel • Lode Geysen • M. • Jan Oscar De Gruyter • (date-year) 1931
  7. ◼◻◻◻◻ Anon.: "Gudrun" door het Vl... 1922-04-15
    Vlaamsch Volkstooneel • Cyriel Verschaeve • M. • Jan Oscar De Gruyter
  8. ◼◻◻◻◻ C.Q.: "De Barbier van Sevi... 1931-10-16
    (date-month) 1931-10 • Vlaamsch Volkstooneel • (date-year) 1931
  9. ◼◻◻◻◻ Anon.: Nieuw Katholiek Toon... 1923-03-25
    De stem • Herman Bahr • Vlaamsch Volkstooneel • Jan Oscar De Gruyter
  10. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Over den huidige toe... 1936
    Lode Monteyne • M. • Comédie Française • Jan Oscar De Gruyter • Vlaamsch Volkstooneel