Nederlandsche Schouwburg te Antwerpen: Opvoering van "Marius" door Marcel Pagnol

J.V.G., 1931-09-21


Source

De Standaard, 1931-09-21


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◼◼◼◻ Victor J. Brunclair: K.N.S. "Marius" door... 1931-09-26
  2. ◼◼◼◻◻ J.V.G.: Te Antwerpen: Nederl... 1931-12-01
  3. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: Nederlandsche Schouw... 1931-11-23
  4. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: De Gebroeders Karama... 1931-10-06
  5. ◼◼◻◻◻ Victor J. Brunclair: Kon. Nederlandsche S... 1931-10-17

Nederlandsche Schouwburg te Antwerpen: Opvoering van "Marius" door Marcel Pagnol

Met den auteur van "Marius" hebben wij tijdens het vorig seizoen in denzelfden schouwburg, kennis kunnen maken door de succesrijke opvoeringen van "Topaze" dat niet zoozeer eene zedenschildering, dan wel eene satyre was, waarin lachend de waarheid gezegd wordt. "Marius" daarentegen is in hoofdzaak een greep uit het Zuidersch volksleven, eene realistische zedenschildering waarin tevens een sterke draad poëzie doorheen voert, die vooral bekoorlijk aandoet door het fel lokaalgekleurde gebeuren en de eigenaardige gemoedelijkheid der Zuiderlingen, die zeer sterke punten van overeenkomst biedt met onze Vlaamsche ongedwongenheid.

Het is evenwel niet die speciaal Zuidersche atmosfeer, noch de realistische tooneeltjes in ieder der vier bedrijven die in dit werk hoofdzaak zijn. Het zwaartepunt ligt in de Marius-tragedie, in een ongestild verlangen van de titelfiguur naar de eindelooze verten der zeeën, in een onverklaarbaren drang naar de overzeesche landen, waarvan hij de geheimzinnigheid in zijne droomen gezien en aangevoeld heeft. Toch wordt in het stuk dit onbevredigd verlange, dat wanhopig haast naar verlossing streeft, niet onmiddellijk ontwikkeld. Wij leeren inderdaad Marius als een gewoon mensch kennen, voor wie zijne omgeving blijkbaar te eng, en te benauwd is. Wij kunnen misschien wel vermoeden, uit het optreden van den strandlooper Piquoissau dat de drang naar de zee de oorzaak is van Marius' onbestendigheid, maar de eigenlijke ontplooiing van het gegeven, en meteen ook de kern van de tragedie komt eerst in het tweede bedrijf aan het licht. Dan eerst zal Marius zijn onbevredigd en tot nog toe onuitgesproken verlangen onder woorden brengen en wel tegenover de kleine Fanny, waardoor wij meteens volop te midden van het conflict staan.

Marius houdt inderdaad van de zee, maar hij houdt evenzeer van Fanny. Hij moet een van beiden offeren en zijn tweestrijd wordt iets gruwelijks. Fanny is zich van zijn gemoedstoestand bewust en hare sterke liefde zal hem den bevrijdingsweg effenen. Zij wekt den schijn van hem niet verder te beminnen en dan is voor Marius den strijd gestreden. Hij kent slechts nog één doel: de zee en al hare geheimzinnige aantrekkingskracht. Hij vertrekt met de eerste gelegenheid, terwijl Fanny gebroken achterblijft.

"Marius" is werkelijk een sterk speelstuk, al zou men aanvankelijk vermoeden kunnen dat het, het zooveelste praatstuk is, waarin om een niet een heele tijd gekletst wordt. Het eerste bedrijf inderdaad is slechts eene breedvoerige inleiding, die evenwel niet langdradig wordt, doordat zij tevens de optredende personen zoo karakteristiek typeert. De schalksche opmerkingen, meermaals zelfs door goedige ironie gesterkt, maken het haast tot een sympathiek blijspel. Ook het derde bedrijf staat onder dat opzicht op gelijke hoogte, maar de overigen brengen het stuk op zijn waarachtig terrein en geven de waarachtige beteekenis aan. II en IV zijn inderdaad vol van sterke spelmomenten en zijn naar onze meening daarbij zoo overtuigend dat wij haast geneigd zijn om "Marius" als een onevenwichtig werk te beschouwen.

Men zou daarbij kunnen vreezen hebben dat de fel lokaalgekleurde stemming van het werk een hindernis zou wezen voor het genieten ervan, althans in zooverre dat wij als Noordelingen ons niet aan den Zuiderschen geest van het werk zouden kunnen aanpassen. De vertaling echter slaagde er in de geestigheid van het werk te behouden. [???] ook het typisch Zuidersche, maar hield vooral het hoofdgegeven ongerept zuiver. Het spreekt van zelf dat anderzijds ook de vertolking er voor waken moest het inzicht van den auteur onverminderd te bewaren. Onder de zorgzame leiding van Willem Benoy heeft zij zich van deze alleszins zware taak op zeer verdienstelijke wijze gekweten. Aan het hoofd der vertolking plaatsen wij onvoorwaardelijk Jenny Van Santvoort die de rol van Fanny met bewonderenswaardige toewijding vervulde. Haar spel getuigde van eene algeheele overgave en zij bereikte merkwaardige hoogtepunten in de twee bedrijven (II en IV) die de zwaartepunten van het werk uitmaken. Vooral de slotscène werd zeer sterk gespeeld en werd zoodoende tot een beeld van zuivere schoonheid. De titelrol "Marius" was voor Charles Janssens eene al te zeldzame gelegenheid om zijn talent te doen gelden. Wij willen niet bewezen dat zijne uitbeeldig de volmaaktheid was, maar zij getuigde toch van eene merkwaardige inspanning die niet gansch zonder resultaat bleef. Bij den aanvang kwam zijne figuur niet voldoende op den voorgrond, stilaan echter groeide zij tot het werkelijk middenpunt, en verwierf zij ook hare meeste verdienste. Zoo b.v. op het einde van het eerste bedrijf en vooral in het tweede bedrijf gaf Charles Janssens schitterend spel. Alleen de overgangen der verschillende gemoedsstemmingen bleken nog te scherp, ietwat gewrongen, maar in de bepaaldelijk afgeteekende toestanden bereikte hij een sterke zuiverheid, die nog meer sympathiek aandeed omdat zij zoo nauw de inzichten van den auteur benaderde.. De overige bezetting is veeleer van episodischen aard, en dient slechts tot eenvoudige omlijsting der hoofdfiguren. Edward Gorlé was een zeer typische cabaretier, even verdienstelijk als de prestaties van R. Angenot, als Panisse, en van Jef Verlinden als Escartefigue. Van Willem Cauwenberg was er verder nog eene zeer geslaagde uitbeelding van den douanetoezichter Brun, terwijl, Hélène Bertrijn moeder Honorine met realiteitszijn vertolkte. De jongeren van het gezelschap W. Condes, Lode Jansen en Edward Delen waren met de ondergeschikte rollen belast en vervulden hunne taak op meer dan verdienstvolle wijze.

De opvoering behaalde een verdiend succes. Om enkele al te scherpe uitdrukkingen moeten wij evenwel eenig voorbehoud formuleeren.

J.V.G.


Items that may be related to this text

  1. ◼◼◼◼◻ Victor J. Brunclair: K.N.S. "Marius" door... 1931-09-26
    Marcel Pagnol • marius • (date-year) 1931 • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • (date-month) 1931-09 • Marius
  2. ◼◼◼◻◻ J.V.G.: Te Antwerpen: Nederl... 1931-12-01
    J.V.G. • (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy • (date-year) 1931
  3. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: Nederlandsche Schouw... 1931-11-23
    J.V.G. • (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy • (date-year) 1931
  4. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: De Gebroeders Karama... 1931-10-06
    (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy • (date-year) 1931
  5. ◼◼◻◻◻ Victor J. Brunclair: Kon. Nederlandsche S... 1931-10-17
    Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy • (date-year) 1931
  6. ◼◼◻◻◻ Victor J. Brunclair: Ned. Schouwburg. "Fa... 1933-11-25
    Marcel Pagnol • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Marius
  7. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: Te Antwerpen: Kon. N... 1934-01-30
    J.V.G. • (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy
  8. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: Nederlandsche Schouw... 1932-02-02
    J.V.G. • (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy
  9. ◼◼◻◻◻ J.V.G.: Te Antwerpen: Kon. N... 1934-01-23
    J.V.G. • (author) J.V.G. • Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • Willem Benoy
  10. ◼◼◻◻◻ Victor J. Brunclair: Veel leven om niets,... 1931-09-19
    Koninklijke Nederlandsche Schouwburg, Antwerpen • (date-month) 1931-09 • (date-year) 1931