Pieter Magerman

Lode Monteyne, 1928


Source

Lode Monteyne, Koorn en Kaf. Antwerpen: Het Tooneel, 1928, pp. 165-166.


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◼◼◼◻ Lode Monteyne: Pieter Magerman: "Le... 1928
  2. ◼◼◼◼◻ Lode Monteyne: Pieter Magerman: "Tr... 1928-02-18
  3. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Het... 1926-04-11
  4. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "De ... 1926
  5. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Der... 1926

Pieter Magerman

Pieter Magerman

In de annalen van ons tooneel werd Sotteghem tot nog toe vermeld omdat daar een aloude kamer van rethorica met en historische faam -- De Zuigelingen van Polus -- nog altoos blijken gaf van levenskracht. Maar de kleine Oost-Vlaamsche stad bezit ook een tooneelschrijver -- Pieter Magerman. Eigenlijk werd deze te Brussel geboren en wel op 6 April 1892, doch van zijn prilste jeugd af bewoonde hij Sotteghem, waar zijn grootmoeder hem opvoedde. Het moet wel zijn, dat de liefde voor het tooneel den toekomstigen auteur in het bloed zat, want als schoolknaap reeds gaf hij met zijn marionettenspel, in schuren en stallen, voorstellingen, waarop dan de kinderen uit de buurt genoodigd werden.

Het kon niet anders of de jonge Pieter zou zelf de planken betreden en toen dat voor 't eerst geschiedde was hij amper twaalf jaar oud! In het hart van den gewezen directeur en regisseur der Sotteghemsche poppenkast ontwaakte op een goeden dag ook het verlangen om zijn droomen in dramatische gestalten te belichamen en zoo ontstond dan een tooneelwerk, « De Snoeper », waarvan de drie bedrijven een zeer sterke moraliseerende strekking hadden, zooals een allerbondigste samenvatting van de zich bliksemsnel ontwikkelende intrige ten overvloede bewijzen zal. In de eerste akte « steelt» de Snoeper kersen. In de tweede jammert hij van de hevige buikpijn en het slotbedrijf brengt de straf : dan groeit uit des snoepers lijf een kerselaar te voorschijn! Welke houding de kritiek tegenover dit gewrocht aannam, heeft de historie niet geboekstaafd. Om het even: de scheppingsdrang bestond en de jaren zouden, met de noodige ervaring, loutering van den smaak en menschenkennis bijbrengen. Ondertusschen kon de jeugdige dramaturgist zijn technische vaardigheden ontwikkelen door de studie van de werken, waarin hij weldra, als lid van de tooneelafdeeling van de beroemde «Zuigelingen van Polus», de jonge rollen te vervullen kreeg. Zelfs aan den slechten invloed, die van sommige drakerige tooneelstukken uitgaat, heeft Pieter Magerman zich niet geheel kunnen onttrekken, zooals ten overvloede blijkt uit een volkomen mislukt drama als « De Strijd om Genade », waarin hij het beproefd heeft een ambtenaar te teekenen in zijn strijd voor administratieven vooruitgang, terwille waarvan hij zelfs zijn dochter opofferen zou. Deze Joost Cornelis is een ontaarde de Tière-figuur, zonder echtheid, overgeleverd als hij is aan de willekeurigheid van den schrijver, die naar het verwekken van altijd maar pathetischer toestanden streeft, wat hem zoodanig ver van de werkelijkheid verwijdert, dat hij zelfs de waarschijnlijkheid bij poozen deerlijk in het gedrang brengt.

Pieter Magerman, die zelf ambtenaar werd aan een der Ministeries, kent de bizondere wereld, waarin hij toch voortdurend verkeeren moet, slechts oppervlakkig. Hij merkt hoe de eerzucht de menschen verteert, hoe het leed om verloren illusies of om ontgoochelde betrachtingen hun dagen verzuurt, doch het levensgeheim van deze voor het bestaan kampende individuen doorgrondt hij niet. Hij fantaseert rond hetgeen de realiteit hem biedt, een romantische historie, waarvan hij de elementen aan een zwak de Tière-drama ontleent.

Hecht is de band, die den schrijver Pieter Magerman verbindt aan de streek, waar hij zijn jeugd doorbracht.

Lijk de groote Cyriel Buysse, lijk Gaston Martens, die « Prochievrijers », « Derby », « Paus van Hagendonck », « Het gouden Jubelfeest» schreef, zoekt Pieter Magerman onderwerpen in zijn landsche omgeving en bijwijlen doet hij een gelukkige greep uit het leven van menschen, die hij door en door kent, wier innerlijk hij begrijpt, wier vreugden en smarten hij doorgrondt. Zoo ontstonden achtereenvolgens de spelen in één bedrijf: «Oude Rommel», «Betaaldag», «Artikel 17 » -- later gebundeld onder den titel «Levensnacht» -- en de drie groote tafereelen van het rauw-realistische drama : « Trekvogels ».


Items that may be related to this text

  1. ◼◼◼◼◻ Lode Monteyne: Pieter Magerman: "Le... 1928
    Oude Rommel • Artikel 17 • Pieter Magerman • (date-month) 1928-00 • (author) Lode Monteyne • Betaaldag • Paus van Hagendonck • Levensnacht • (date-year) 1928 • pieter magerman • magerman • Gaston Martens
  2. ◼◼◼◼◻ Lode Monteyne: Pieter Magerman: "Tr... 1928-02-18
    pieter magerman • (author) Lode Monteyne • Paus van Hagendonck • (date-year) 1928 • Pieter Magerman • magerman • Trekvogels • Gaston Martens • Cyriel Buysse
  3. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Het... 1926-04-11
    Prochievrijers • (author) Lode Monteyne • Paus van Hagendonck • Het gouden jubelfeest • Cyriel Buysse • Gaston Martens • Nestor de Tière
  4. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "De ... 1926
    (author) Lode Monteyne • Paus van Hagendonck • Gaston Martens • Derby • Prochievrijers
  5. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Der... 1926
    (author) Lode Monteyne • Derby • Gaston Martens • Nestor de Tière • Paus van Hagendonck
  6. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Pau... 1926
    Prochievrijers • (author) Lode Monteyne • Paus van Hagendonck • Derby • Cyriel Buysse • Gaston Martens
  7. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Nabeschouwing... 1928
    (author) Lode Monteyne • (date-year) 1928 • (date-month) 1928-00
  8. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Dr. Maurits Sabbe... 1928
    (author) Lode Monteyne • (date-year) 1928 • (date-month) 1928-00
  9. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Timmermans en Veterm... 1928
    (author) Lode Monteyne • (date-year) 1928 • (date-month) 1928-00
  10. ◼◻◻◻◻ Eugene De Bock: Gaston Martens, "The... 1921-02
    Paus van Hagendonck • Gaston Martens • Derby