Willem Putman: "Mama's kind"

Lode Monteyne, 1926


Source

Lode Monteyne, Kritische Bijdragen over tooneel. Antwerpen: Ruquoy, Delagarde en Van Uffelen, 1926, pp. 91-97.


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◼◼◻◻ Lode Monteyne: Willem Puteman: "De ... 1926
  2. ◼◼◼◻◻ Paul Kenis: Het eerste expressio... 1924-01-29
  3. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Ernest W. Schmidt: "... 1926
  4. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: August Strindberg: "... 1926
  5. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Willem Putman: "Loop... 1926-04-11

« MAMA'S KIND »

Willem Putman

Willem Putman schrijft -- men krijgt toch dien indruk onder het lezen van zijn stukken -- met een verbazend gemak. Hij kan dialogeeren met een verrassende natuurlijkheid en hanteert onze taal in heur meest beschaafden vorm, met een zwierigheid, die de meeste oudere schrijvers, zijn voorgangers op het gebied der dramatische literatuur, hem mogen benijden. Maar het mangelt hem nog altijd, ook in zijn vloeiende dialogeering, aan originaliteit en aan een kern, die van hem, en alleen van hém is. We ontzeggen hem absoluut niet het recht om van nu af reeds op oorspronkelijkheid aanspraak te maken. Maar die originaliteit komt van buiten af, lijkt ons gewild, en een zierken te veel « would-be »... De erg verfijnd-doende menschen, zooals Willem Putman er meermaals geschetst heeft, zijn niet echt. Ze doen alsof.. Ze voelen zich minder op hun gemak in de mooie kleeren, die de auteur hen aanpaste; hun voornaamheid lijkt aangeleerd en, in de selecte omgeving, waar ze thee drinken en gebakjes proeven, bewegen ze zich slechts met behoedzaamheid uit vrees voor de lichte tafeltjes, die ze, moesten ze natuurlijk gebaren, wel eens zouden omverwippen.

Wanneer we dit neerschrijven denken we aan enkele van zijn eenakters in den aard van « Afternoon-tea ». « Het Stille Huis » bouwde de auteur op als een drieaktige psychologische komedie midden in den tuin der zwoelste literatuur, waar, tusschen een wirwar van verstrengeld struikgewas, dat het licht belet door te dringen, bloemen geuren aan een Maeterlincksche garve ontleend en stekelige planten opschieten in den hof der Ibseniaansche pathologie geplukt...

Shaw vonden we terug in de gehakte en onvolgroeide, maar daarom niet minder geestig-hekelende komedie van den oorlog, die Putman « Het oordeel van Olga » heette.

Wanneer we op dezen oogst terugblikken dan kunnen we niet anders dan vaststellen, dat de auteur met « Mama's Kind » eenigen vooruitgang boeken kan.

* * *

De dramatische kern van het stuk ontbreekt het aan dynamische kracht, die de tooneelen op natuurlijke wijze doet groeien en klimax doet ontstaan. De actie wordt van buiten-af geleid. De auteur laat het conflict ontstaan tusschen dezen vader en zijn dochter, die een tweede moeder vijandig behandelt omdat zij met hart en ziel gehecht blijft aan de vrouw, die haar het leven schonk. De auteur brengt ook de oplossing van dit conflict, dat verloopt in een verzoeningstooneel tusschen de hoogstaande tweede moeder en de halsstarrige dochter, die een misstap beging. Het is te veel de schrijver die handelt en spreekt -- dit met een virtuositeit, welke hem aanzet zijn stuk op nuttelooze wijze te verlengen.

We onderschatten de poging niet, die Putman gedaan heeft om de psyche van zijn menschen en den zielkundigen ondergrond van het door hem bewerkte conflict, toe te lichten. Heel sterk is deze poging van psychologische analyse nu bepaald niet...Vrij simplistisch achten we in de allereerste plaats, de uitlegging van den vader, die beweert de beminde vrouw terwille van het geld opgeofferd te hebben om een huwelijk zonder liefde aan te gaan. Tegen de mogelijkheid daarvan opperen we echter geen bezwaar, wel tegen het feit, dat de auteur die zaak niet wààr kon maken in de, naar ouderwetsche wijze, retrospectieve vertelling van den man. De liefde tusschen den vader en de 35-jarige dame moeten we aannemen, evenals de goedwilligheid waarmee diezelfde vrouw er toe bereid is de betrekkingen met den man, die haar versmaadde, terug aan te knoopen. De vereering van de dochter voor heur overleden moeder mocht eveneens met meer klem worden gemotiveerd. Zoo had Putman zijn drama op een hechter basis kunnen optimmeren, wat aan de sterkte van het geheel niet zou hebben geschaad. Het heele stuk lijdt zwaar onder een dualisme dat bestaan moet in het artistiek temperament van den schepper. Er is inderdaad bij hem te erkennen een drang naar versobering in de handeling en naar het vastleggen van enkel essentieele gevoelens en gedachten, waardoor zijn menschen in hun doen en laten worden beheerscht. Hij wil bewust algemeen menschelijk zijn. Maar tevens blijft werkzaam in zijn scheppend wezen de zin voor het pittoreske, voor het fleurig opkleuren van leuke figuurtjes, het weergeven van een schilderachtig-realistischen dialoog. Het tweede bedrijf brengt daarvan een doorslaand bewijs en de uitbeelding der karakters van den burgerlijken oom en de dito tante, die uit een realistische zedenschets ontsnapt schijnen, zijn daar om de waarachtigheid dezer bewering te staven. Bij Putman wordt de gelijkmatigheid in de ontwikkeling der psychologische lijn verstoord door de anecdotische uitwerking van sommige tooneelen en van zekere figuren. De man, de vrouw, de dochter, de jonge heer -- zweemen naar het type, zijn dragers van algemeene menschelijkheid. Ze zijn zoo-wat van overal en ook van alle tijden. Maar met de tante en den oom verzeilen we naar een muf provintiestadje en dit ondermijnt de poging -- de slechts half geslaagde poging -- van Putman, om het essentieele in de handeling en in de zielkundige uitbeelding zijner personen te bereiken.

* * *

We zagen van « Mama's Kind » twee opvoeringen, volkomen van elkaar verschillend naar opvatting en geest -- een traditioneele en een modernistische -- waardoor het dualisme, dat in Putman's drama reeds bij de lezing opvalt, nog werd onderlijnd.

Door de Tiensche rederijkerskamer « Volharding » werd de jonge Brusselsche schilder Karel Maes belast met de insceneering van Mama's Kind naar modernistische kunstinzichten.

We houden eraan een zeer beknopte ontleding van de voorstelling te geven, ten einde, naderhand, met meer duidelijkheid de argumenten pro en contra te kunnen ontwikkelen.

Door middel van een luidspreker werd de vertooning aangekondigd. In een lichtkring door een schijnwerper op den voorhang geteekend, verschenen de optredende personages naarmate ze werden opgeroepen.

Bij de opstelling van het decor was gestreefd naar den grootsten eenvoud. Slechts een minimum van typische meubelen werd gebezigd om de milieuschildering te volledigen. De schermen voor I en III waren gelijk. Neutraal getinte vlakken die verschillend werden belicht naar gelang het karakter der optredende personen of de te wekken stemming, vormden de omlijsting voor het gebeuren. Het doek plooide slechts even open wanneer de gebruikte speelruimte beperkt bleef en maar een paar personen acteerden. Voor grooter tooneelen werd de voorhang geheel opengeschoven.

Aan het slot van I, wanneer de dochter wegvluchtte, den karnaval-nacht in, was het straatrumoer -- autogetoet, dansmuziek -- hoorbaar. De verwijdering tusschen vader en dochter werd door een wezenlijken afstand op het tooneel zélf aangeduid. Op een bepaald oogenblik, wanneer, in III, de dochter alleen blijft met haar stiefmoeder, werd gespeeld voor den gesloten voorhang.

Door deze insceneering waarvan we enkele karakterististieke bizonderheden hebben trachten te noteeren, en die we niet willen catalogiseeren door ze met eenig « isme » te verbinden, wordt de dramatische actie losgemaakt van de werkelijkheid en geheven, op een zuiver ideëel standpunt. Het essentieele in het uiterlijk gebeuren en in de psychologische analyse van de ontstane conflicten, wordt op het voorplan der belangstelling geschoven, ontdaan van alle buitenissigheid, waardoor het in het leven van elken dag verbonden blijft aan de betrekkelijkheden van tijd en ruimte.

Op het algemeen-menschelijke dat, ondanks zekere schakeeringen ontstaan uit de beïnvloeding door de periode waarin de schepper leefde, eeuwig waar blijft, wordt de aandacht geconcentreerd. Naar de dramatische kern convergeeren alle lijnen en wordt alle klaarte gericht. Het abstracte denken en voelen schijnt bevrijd van alle vergankelijke vormen. Tevens krijgt de toeschouwer den indruk, dat het op de planken verbeelde bestaan, diep wortelt in het grootere, machtige leven, dat woelt over de wereld en ongestoord zijn wentel gaat, terwijl, in een kleineren kring, tragediën eenlingen neervellen of de armentierigheid van een menschelijke lotsbestemming zich ontvouwt in komisch-aandoende daden of gepeinzen.

Tegen de insceneering van Karel Maes kunnen vooral deze twee argumenten worden aangevoerd: De mimiek wordt totaal weggecijferd. Het gaat toch niet aan de uitdrukkingskracht van het menschelijk wezen op zoo radikale wijze te verminken en te verminderen. Dan kan evengoed het gebaar, ja zelfs de stemschakeering worden opgeofferd, wat ten slotte den dood van het drama zou beteekenen ten gevolge van het gedeeltelijk ongebruikt laten der dynamische krachten, die er aanwezig zijn in den mensch.

Een tweede bezwaar is het stellen van een nieuwe en drukkende conventie in de plaats van de oude, wier minimaliseering toch door ieder wordt betracht. Wanneer deze nieuwe conventie een groote kracht van uitdrukking en van suggestie bezit, verliest deze opmerking heur waarde. Doch de innerlijke verwijdering die tusschen twee twistende personen ontstaat, willen « symboliseeren » door de twee spelers elk in een hoekje van het tooneel te verbannen, lijkt een tamelijk banaal middeltje ter versterking der expressie en een volledig miskennen van de ongeëvenaarde uitdrukkingskracht van het woord -- het sterkste en het eerste onder al de dramatische gebaren. Zoo ook het willen weergeven van een wel-omschreven zielstoestand door een bepaalde kleur.

Is dit niet teruggaan tot de decadentie van sommige Fransche dichters uit de vorige eeuw, die geloofden in wat ze heetten « la transposition des couleurs et des sons » ?. Zonder de groote atmosfeer-scheppende macht der kleuren te negeeren, zij hier toch gewaarschuwd tegen een mogelijke verstrakking tot een wel nieuwe doch even dorre conventie.

De poging om Mama's Kind op moderne wijze te insceneeren, gebruik makend van lichteffekten, zeer vereenvoudigd décor, gestyliseerde houdingen, kon niet de verhoopte uitslagen opleveren ! Het stuk mist daarvoor alle geschiktheid ! Het werd niet geschreven zonder zich te bekommeren om de bestaande schouwburgen, hun tooneelinrichting en de daaruit gesproten conventie.

De regie van Karel Maes deed evenwel het essentieele in Putman's drama sterker blijken en de algemeene bedoelingen van het werk werden er dan ook door gediend. Waar zich het anecdotische baan brak in eigenaardige details zonder eenige innerlijke beteekenis -- we denken aan de gesprekken waarin de tante het heeft over de hoedanigheid der koekjes en de schikkingen te nemen voor den wasch -- daar werd het stuk van Putman in zijn betrekkelijke waarde verraden, vermits deze als schilderachtig bedoelde bizonderheden potsierlijk werden.

De regie van een stuk groeit uit het drama zelf. Niet het werk van den dichter kan aan de eischen eener bepaalde insceneering worden aangepast. Deze dient enkel tot versterking van de atmosfeer door het woord van den dramaturgist gewekt. Er moet harmonie ontstaan tusschen den tekst en de zgn. aankleeding. En die harmonie misten we met de insceneering van Karel Maes, ook al dient er op aangedrongen dat de waarde van het vertoonde werk er meer dan eens door vergroot werd.

Naar de eischen van de traditie op het tooneel gebracht bleef dit familiedrama met psychologische pretenties een werk van Putman, met zijn hoedanigheden en zijn gebreken, onverminkt -- pf, zoo men wil : onverbeterd.

Meteen werd bewezen hoe niet elk stuk geschikt blijkt om naar modernistische opvatting te worden gerealiseerd, zoodat de aan Karel Maes toegeschreven uitspraak als zou het mogelijk zijn zelfs De twee Weezen en andere draken op deze wijze te insceneeren, mag beschouwd worden als een door jeugdigen overmoed ingegeven boutade....


Items that may be related to this text

  1. ◼◼◼◻◻ Lode Monteyne: Willem Puteman: "De ... 1926
    drama • Willem Putman • Het oordeel van Olga • dramatische • (author) Lode Monteyne • vrouw • willem putman • Mama's kind • wijze • Het stille huis • (date-month) 1926-00 • putman • (date-year) 1926
  2. ◼◼◼◻◻ Paul Kenis: Het eerste expressio... 1924-01-29
    Volharding • karel maes • De twee Weezen • willem putman • Mama's kind • karel • maes • putman • Willem Putman • Karel Maes • mamas kind
  3. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Ernest W. Schmidt: "... 1926
    drama • ontstaan • (author) Lode Monteyne • vrouw • dramatische kern • wijze • auteur • (date-month) 1926-00 • (date-year) 1926
  4. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: August Strindberg: "... 1926
    kind • (author) Lode Monteyne • vrouw • vader • (date-month) 1926-00 • (date-year) 1926
  5. ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Willem Putman: "Loop... 1926-04-11
    willem putman • Het oordeel van Olga • (author) Lode Monteyne • Willem Putman • drama • auteur • putman • Het stille huis • (date-year) 1926
  6. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Jef Horemans: "Slang... 1926
    (author) Lode Monteyne • vrouw • drama • (date-month) 1926-00 • George Bernard Shaw • (date-year) 1926
  7. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Anton van de Velde: ... 1926
    Willem Putman • (author) Lode Monteyne • drama • auteur • (date-month) 1926-00 • insceneering • (date-year) 1926
  8. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Willem Putman: "Van ... 1928-02
    Willem Putman • dramatische • (author) Lode Monteyne • drama • auteur • putman
  9. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Gaston Martens: "Het... 1926-04-11
    wijze • (author) Lode Monteyne • auteur • drama • (date-year) 1926
  10. ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Tolstoj: "Het levend... 1926
    drama • (author) Lode Monteyne • vrouw • (date-month) 1926-00 • (date-year) 1926