Date 1987-01-14

Publication De Standaard

Performance(s) Feuilleton I, Het atelier

Artist(s) Peyskens, Paul

Company / Organization Maatschappij Discordia

Keywords komedieinventarizatiefeuilletonkasteeluitzoektteatervoorstelngenmoederbindingcoronationbeeldenstormerijrubrieken

Maatschappij Discordia inventarizeert "komedie": Eerste dag in de "Week van de onbehaaglijke komedie"

LEUVEN -- Op een week tijd passeren in Leuven een reeks films, teatervoorstelngen, conférences en geprekken of debatten rond het tema "komedie". Het gaat in dit projekt van regisseur Paul Peyskens voor het Instituut voor teaterwetenschap, KU Leuven, niet om het "billenkletser"-genre maar om dat soort komedie waar het lachen je stilaan bij vergaat, naarmate de voorstelling vordert. Jan Decorte en C° en Maatschappij Discordia zetten de week in, beide met een al wat oudere produktie, resp. "In het kasteel" en "Feuilleton I, Het atelier".

"In het kasteel" werd hier bij de première al besproken. Decorte zet in dit stuk een hilarische versie van "Hamlet" als een gestoorde puber met overdreven moederbinding (hij komt tegen zijn moeder in opstand) op de planken, terwijl hij "en passant" als het ware, het problematische karakter van tragediespel in onze tijd en het gewijzigde gelaat van "helden" aanstipt.

Discordia was met "Feuilleton" voor de tweede en laatste maal te gast in Leuven (en België). In de programmabrochure kreeg dit buitenbeentje in hun oeuvre het epiteton "enscenering van de migraine van Nederlands interessantste teatergezelschap" mee. Je zou het ook kunnen bekijken als een soort zelfonderzoek van waar het gezelschap zich mee bezighoudt, een middel om de niet aflatende stroom aan produkties die zij brengen, voor hen zelf interessant te houden.

Het resultaat oogt op het eerste gezicht als een soort inventarizatie via losse fragmenten van al de stukken die ze speelden in de loop der jaren, grofweg ondergebracht in drie "rubrieken" (what's in a name?): klassieke tragedie, burgerlijk teater en iets wat je (komisch) volkstoneel zou kunnen noemen ("Coronation Street" zou ook wel passen als benaming). Maar die ogenschijnlijke indeling is uiterst relatief. Zo belandt Thomas Bernhard met een fragment in de kategorie waar je hem niet dadelijk zou verwachten, de laatste.

Zo gezien zou je kunnen denken dat Discordia hier eigenlijke een inventarizatie gemaakt heeft van teatrale procédés, uitzoekt in hoeverre hetzelfde schoentje verwisselbaar is tussen verschillende stukken. Waarvoor dient het voorspel, het voordoek, de kompositie van het decor, de muzikale omlijsting, hoe is de verhouding met film en televisie, wat maakt de aantrekkelijkheid uit van een bepaalde tematiek (de blinde hoofdfiguur b.v.).

Eigenlijk is er geen sluitende hypotese die alle feiten, de kontradikties en parallellen, binnen de voorstelling en in de relatie met de rest van hun oeuvre, totaal afdoend dekt. Maar de invloed van deze tegendraadse beeldenstormerij heeft, lijkt het mij, wel duidelijk zijn sporen gelaten in de manier waarop Discordia verder gewerkt heeft sindsdien, wat o.a. bleek in de enscenering van "Ritter, Dene, Voss". Wellicht ook in de meer rechtlijnige komedie "Lady Windermere's Fan" van Oscar Wilde die zij vrijdag brengen.