Platel kiest "rare kwieten" voor Klapstuk
Dansfestival neemt aanloop naar nieuwe formule
Van onze medewerker LEUVEN -- Het dansfestival Klapstuk staat in de steigers voor een nieuwe editie. Wat organisatie en behuizing betreft, is dit het laatste in de oude formule. Choreograaf Alain Platel stelde als gast het programma samen. Het is aantrekkelijk en combineert dansvoorstellingen met een moment van reflectie.
MICHEL Uytterhoeven, oud-directeur van Klapstuk en na Eric Antonis de nieuwe voorzitter van de raad van beheer, kondigde aan dat kunstencentrum Stuc en Klapstuk binnenkort weer één organisatie zullen vormen.
In de beginjaren van het festival had de afscheiding van het "moederlichaam" Stuc veel voordelen. Binnenkort starten echter de werken voor de verbouwing van het Arenberginstituut tot een volwaardige behuizing voor Stuc en Klapstuk, naar de plannen van de architect Willem-Jan Neutelings. Na jarenlang kamperen in universitaire gebouwen en pendelen naar stadsgebouwen voor gastvoorstellingen, zal de werking van beide centra een nieuw elan krijgen. In 2001 moet het gebouw klaar zijn voor de nieuwe editie van Klapstuk.
Een strikte scheiding tussen beide instellingen beantwoordde steeds minder aan de reële werking, vooral omdat Klapstuk naast het festival ook een jaarwerking ontplooide.
Klapstuk werkt met een kleine vaste staf (An-Marie Lambrechts en Griet Van Laer), die dan nog overlapt met die van het Stuc. Daarom werd Alain Platel gepolst als gastcurator. Als geen ander kent Platel, door zijn uitgebreide buitenlandse tourschema, het Europees aanbod. Klapstuk had ook veel waardering voor Platels grote sensibiliteit voor uitzonderlijke figuren. "Rare kwieten" zoals Lambrechts ze betitelde op de persconferentie.
Het is één ding om een theoretisch profiel op te stellen voor een festival. Je kunt een evenwicht zoeken tussen grote namen en beginners, zorg dragen voor de introductiefunctie van het festival bij een jong en alert publiek, een scherp oog hebben voor nieuwe stromingen zoals de neoklassieke dans of de invloed van straatdansen.
Iets helemaal anders is de concrete invulling van een festival, productie-opdrachten geven, een werkproces te begeleiden. In dat proces was het steeds Alain Platel die erin slaagde om algemene theoretische kwesties terug te plooien op concrete mensen en praktijken.
Klapstuk krijgt 14 miljoen frank overheidssteun, aangevuld met dotaties van stad, provincie, Festival van Vlaanderen, de Canadese ambassade en sponsorgeld. Het festival bekleedt een centrale plaats in het Vlaamse dansspectrum, maar dat grote gewicht staat niet in verhouding tot de beschikbare gelden. Die nopen voortdurend tot scherpe keuzes om choreografen serieuze werkmogelijkheden te garanderen, zelfs al zou Klapstuk liever meer mensen kansen geven.
In de door Neutelings vormgegeven programmabrochure vinden we dit jaar twaalf voorstellingen.
Bekende namen als Emio Greco staan naast relatieve nieuwkomers als Randi de Vlieghe of Brice Leroux. Neoklassieke dans is mooi vertegenwoordigd met twee wereldpremières, van Thomas Mc Manus en Dana Caspersen (beiden van Ballett Frankfurt). Maar daarnaast staat er ook "werelddans" van Montalvo & Hervieu op de affiche.
Er zijn ook enkele uitstapjes naar theater, met een voorstelling van Jan Decorte en een regie van Alain Platel voor een amateurgezelschap. Studiedagen over de sociaal-economische situatie van dansers en over de politieke betekenis van de dans, ronden het programma af. Pieter T'JONCK
Klapstuk, van 12 tot 28 oktober. Inlichtingen Klapstuk vzw, van Evenstraat 2d, 3000 Leuven, tel. 016-20.81.33.