I know you got soul...
De tijd dat hoge en lage cultuur strikt gescheiden waren, ligt al lang achter ons. Een direct gevolg daarvan is dat populaire muziek in de danswereld onstuitbaar zijn opmars maakte. Popmuziek is dan ook een uitgelezen manier om snel en bondig informatie door te geven. Het publiek is zo vertrouwd met tekst en melodie van liedjes dat de choreograaf van dienst zich middels een song de moeite kan besparen om zelf uit te leggen wat hij wil vertellen. The Show Must Go on van Jérôme Bel was daar een extreem voorbeeld van: als je de titels van de popsongs die hij gebruikte achter elkaar zetten, kreeg je de betekenis van het stuk letterlijk te lezen. Of toch de eerste betekenis, want eigenlijk wilde Bel ons vooral duidelijk maken dat het altijd de kijker is die het laatste woord heeft. Hij bepaalt de uiteindelijke betekenis van het stuk.
Charleroi Danses presenteerde onlangs Soul Project van de Venezolaanse improvisatiekunstenaar David Zambrano. Ook dat werk drijft helemaal op populaire muziek, in hoofdzaak zwarte soul uit de jaren zeventig, met enkele Spaanstalige smartlappen als toegift. Zambrano nodigde negen andere dansers uit om op favoriete soulnummers een korte danssolo te verzinnen. Ook hier draagt de muziek meteen de boodschap uit. Het gaat Zambrano echt er niet zozeer om de teksten, wel om de de excessieve, theatrale manier waarop ze vertolkt worden. Geen soulmuziek zonder een James Brown die als een gek trilt, op de grond neerzakt en weer opveert, of een Tina Turner die haar microfoon bijna opeet in een intieme passage en dan plots wild begint te dansen en zingen. Met behulp van stevige blazers, gitaren, een hammondorgel en drums ontstaat zo een zweterige, ophitsende emotioneel intense sfeer van soulmuziek. Die lijkt sterk op religieuze extase, die versterkt wordt door zang en dans.
Dat soort opwinding gaat overanderlijk met een portie slechte smaak gepaard: blinkende lovertjes en geile pakjes zijn standaardsoulingrediënten. Zambranos dansers waren dan ook allen uitgedost in de zeer opzichtige kostuums. Meteen ontstond ook een probleem. Het is niet omdat je de extreme expressie in gebaren of kostuums van soul imiteert dat het souldansje ook overtuigt. Je moet je publiek ook doen geloven dat je zelf, als performer, helemaal opgaat in je act, zelfs als je vooral op een hoop 'trucs' terugvalt. Anders werkt het niet. Soul valt niet te pasticheren. Een te zelfbewuste performer rooit het dan ook gewoon niet. Eens je merkt dat hij nadenkt, is de magie weg. Dat was bij Soul Project helaas meestal het geval.
Zambrano zelf en de Mozamkibaan Edivaldo Erneste waren de enigen die echt soul uitademden. Maar de beste acts kwamen van Eleanor Bauer, een blanke New Yorkse. Zij wierp zich voluit in een pathetische, gezwollen verbeelding van de muziek. Toch bleef die onmiskenbaar blank van aard. Maar omdat ze zich zo voluit liet gaan, werd ze zowat een zinnebeeld van bevrijding die zwarte muziek en dans ooit betekenden voor de blanke middenklasse in de VS. En ook dat overtuigt.