Date 2006-03-10

Publication De Morgen

Performance(s)

Artist(s)

Company / Organization

Keywords kinderdanscanonvolwassenenspinragmarkelogicakindermuzefestivalkindertheaterabstractieprogrammeurs

Dans: wat leraars niet en kinderen wel snappen: Papa kent het niet en de meester lust het niet of is er bang voor. Zo leren ook de kinderen het niet kennen

Dans: wat leraars niet en kinderen wel snappen

Papa kent het niet en de meester lust het niet of is er bang voor. Zo leren ook de kinderen het niet kennen

Als we CANON, de cultuurcel van het Departement Onderwijs mogen geloven, is het met dans voor kinderen erg pover gesteld. Niet omdat kinderen van dans geen pap lusten, maar omdat leraars, ouders en programmeurs er geen blijf mee weten. Zij vinden dans 'moeilijk', dus is het moeilijk. Niets is minder waar.

Brussel

Van onze medewerker

Pieter T'Jonck

Dit weekend loopt in het ontmoetingscentrum Marke, bij Kortrijk, voor de vijfde keer Kindermuzefestival Spinrag, een evenement voor kinderen met bewegen en dansen. Dat komt niets te vroeg. De cijfers spreken boekdelen. Voor een recente studiedag in Hasselt werd over dit probleem heel wat studiewerk verricht. Volgende week verschijnt er een rapport over van CANON. Van alle jeugdvoorstellingen die het afgelopen jaar in het gesubsidieerde circuit te zien waren in Vlaanderen, bleek niet meer dan een kleine 8 procent om dans te gaan. Niet alleen omdat die voorstellingen niet geprogrammeerd werden door culturele centra en scholen, maar ook omdat het aanbod klein is. Slechts enkele organisaties, zoals Cacao Blue, richten zich specifiek op kinderdans. Bij andere, zoals fABULEUS, maakt kinderdans een belangrijk deel van de werking uit. Veel huizen voor kindertheater wagen zich enkel sporadisch op dit terrein. De kansen voor jongeren om zelf deel te nemen aan dansvoorstellingen zijn al even dun gezaaid.

In de jaren zeventig van de vorige eeuw was het ook wat kindertheater betreft huilen met de pet op in Vlaanderen. Het aanbod beperkte zich, met een grove veralgemening, tot stukken die kinderen met randdebielen en theater met aftandse grappen verwarden. In de jaren tachtig had men door dat kinderen tot subtielere denkprocessen in staat zijn, zij het dat ze anders verlopen dan bij volwassenen. Er ontwikkelde zich een boeiend veld van makers die inspeelden op die kinderlijke logica. Hun werk was artistiek soms zo sterk dat het ook volwassenen aansprak. Die ontwikkeling volgde in het spoor van de stormachtige vernieuwing in het volwassenentheater in dezelfde periode. Ook de danswereld evolueerde drastisch. Daar kwam echter niet meer kinderdans van.

Ook met de programmering van dansvoorstellingen voor volwassenen is het pover gesteld in Vlaanderen. Daar komt de kat op de koord. Het onderzoek van CANON achterhaalde via interviews al snel de reden waarom zo weinig dans op het programma van schoolvoorstellingen staat. Die bevindingen gelden bij uitbreiding ook voor veel programmeurs en publiek. Leraars weten zich vaak geen raad met dans. Ze weten niet 'wat het wil zeggen', en vermijden om het ter sprake in de klas. Men verwijt dans een te grote abstractie. Zoals altijd zit de abstractie enkel in de blik van de beschouwer. Volwassenen, leraars in dit geval, willen al te vaak een verhaal, betekenis, rationele logica vinden, omdat ze halsstarrig de logica van tekst en theater toepassen. Dans volgt meer een andere, intuïtieve, vormelijke en lichamelijke logica. Om niet altijd heel duidelijke redenen werken choreografen mee aan dat onbegrip door hun werk niet zelden in extreem taai en hoogtheoretisch proza toe te lichten. Dat heeft zin om commissies, maar niet om publiek te lijmen.

Kinderen hebben daar allemaal geen last van, is het tweede wat het onderzoek reveleert. Terwijl volwassenen onbegrijpelijke abstractie zien, hebben kinderen sterke gevoelens. Als ze die begrijpen, hebben ze, wat hen betreft, ook het stuk begrepen. Voor hen geen probleem als andere kinderen iets anders denken. Ondertussen vermoedt men ook sterk dat dans een uitstekende hefboom kan zijn om kinderen toe te laten zichzelf beter en vollediger uit te drukken. Choreografen die al met kinderen werkten, vertellen daarover. Kinderen hebben veel technische beperkingen, maar wel het voordeel dat ze veel sterker in het spel opgaan. Dans is geen opgelegde vorm, maar een wijze van uitdrukken die ze accepteren als een volwaardige taal. Ze spreken die met volle overtuiging. Hoe heilzaam en boeiend het ook moge zijn, papa kent het niet, de meester lust het niet (of is er bang voor) en zo leren ook de kinderen het niet kennen.

Het onderzoek van CANON maakt één ding niet duidelijk. Dat kinderen er veel aan hebben om zelf te dansen mag duidelijk zijn. Het is minder zeker of er een aparte vorm als kinderdans moet bestaan. De intuïtieve logica van dans staat sowieso dicht bij de belevingswereld van kinderen. Ze merken snel als de kwaliteit van een spektakel ondermaats is en zijn genadeloos in hun oordeel. Het zet daarom wellicht evenveel of meer zoden aan de dijk om voor kinderen speciale toegangstarieven te voorzien voor dans dan extra geld te pompen in meer aparte kinderdans. De huizen die daarin actief zijn, doen hun werk al uitstekend. Maar dat debat bereidt CANON ondertussen al voor.

Voor meer informatie: www.canoncultuurcel.be. Spinrag loopt op 11 en 12 maart in OC Marke. Inlichtingen: Cultuurwinkel Kortrijk of www.cultuurcentrumkortrijk.be

n In Marke bij Kortrijk loopt voor de vijfde keer Kindermuzefestival Spinrag, een evenement voor kinderen met bewegen en dansen. (Foto RV)