Sublieme Proust-enscenering
Gerecenseerd theater
'De kant van Charlus' door het Ro Theater
Slot KunstenFESTIVALdesArts Brussel
(tijd) - In 'De kant van Charlus' is de jonge schrijver Marcel, alter ego van Proust zelf, er met de hulp van zijn vriend Charlus in geslaagd binnen te dringen in de hoogste mondaine kringen van Parijs. Daar ontmoet hij een kakelbonte stoet van figuren, meestal vrouwen, als de prinses van Napels of Mme de Villeparisis, maar ook Mme de Guermantes, een sprookjesfee uit zijn jeugd. Charlus, een dandy, leert hem hoe zich te gedragen in het ingewikkelde sociale steekspel van deze salons. Het eerste deel van het stuk ontrafelt de mechanismen ervan. Geëlaboreerde omgangsvormen zijn de schitterende verpakking van een diepe minachting van de protagonisten voor elkaar en zichzelf. Ze wordt tastbaar in voor onze oren stuitend bekrompen gedachten. De jodenhaat die zich kristalliseert rond de zaak Dreyfus is hier het leidmotief. Charlus bespeelt deze poppenkast met een haast achteloos, mysogyn-pervers genot in de leegte van het gebeuren. Marcel drijft mee op de kabbelende golven ervan. Hij beleeft deze wereld als een buitenstaander, door de ogen van anderen.
Net als in de vorige Proust-ensceneringen wordt Marcels wereld niet gerepresenteerd door een reële ruimte, een decor, maar geëvoceerd door videobeelden. Daar komt ook de oude Marcel, die als schrijver terugblikt op deze tijd, aan het woord. Zijn gedetailleerde herinneringen worden als vanzelf een commentaar op de zeepbel waarin deze personages ronddrijven. Nog sterker, onvergetelijk zelfs, zijn echter de beelden die op het podium en op het scherm ontstaan, vaak begeleid door angelieke zang van een jongenskoor. De prinses van Napels wier kleed onzichtbaar opgetild wordt zodat ze verandert in een soort witte kerstboom, een letterlijk leeg decorstuk. Of Mme Guermantes en de prinses die, lui uitgestrekt in de tuin, langzaam wegdeemsteren uit het beeld, als waren zij sierstruiken die bij de komst van de herfst en de regen - WO I - hun bladeren verliezen.
Keerpunt
Het tweede deel van de voorstelling is inderdaad een keerpunt. Met de oorlog stuikt deze wereld in elkaar. De val van Charlus, in drie stappen, kondigt de wereldbrand aan. Het podium wordt steeds schimmiger. Een uitgeputte neef-soldaat van Mme de Guermantes, Robert de St-Loup, doet, naar het slot toe, ineengezakt tegen de achterwand, zijn verslag van de oorlog. De podiumbrede projectie van zijn gelaat op die wand wordt doorsneden en vervloeit uiteindelijk in het gekeuvel van Mme de Villeparisis over de mode tijdens de oorlog. Ondertussen lopen cijfers over de dodentallen tijdens de grote slagen van WO I over datzelfde scherm. Marcel herbeleeft tegelijk gesprekken met Gilberte, de dochter van Swann en Odette. Zijn laatste woorden klinken omineus: 'Ik heb er niets van begrepen'. Het is wonderbaarlijk hoe in deze enscenering de volle complexiteit van de tekst van Proust zo recht gedaan wordt, terwijl er toch voldoende kritische distantie blijft om de kijker niet te laten zwelgen in de fin-de-siècle sfeer. Net het wanhopige ervan wordt hier haast lijfelijk tastbaar.
Pieter T'JONCK
De voorstelling is nog te zien in Rotterdam en Wenen, maar wordt volgend seizoen hernomen. Wie de drie delen wil zien, kan naar een marathonvertoning in Rotterdam in juni. Meer inlichtingen: www.schouwburg.rotterdam.nl .