De nachtfrequentie van het toneel
'Mijn werk', zegt Ivo Van Hove, de artistiek directeur van Toneelgroep Amsterdam (TA), 'heeft twee zielen. Ik sta in Nederland bekend voor mijn analytische interpretatie van klassieke werken, maar ik ben ook steeds op zoek geweest naar een nieuwe sensibiliteit, een nieuwe beeldtaal voor het theater.' Vanuit dat verlangen naar een nieuwe beeldtaal sprak Van Hove Wim Vandekeybus aan om voor TA een nieuwe voorstelling te maken op 'Sonic Boom', een tekst van Peter Verhelst. En hij werd op zijn wenken bediend. Om met de acteur Titus Muizelaar te spreken: 'Wim brengt poëzie en beweging in een surrealistisch kader bij elkaar.'
Pieter T'JONCK
'Sonic Boom' begint als het verhaal van een oude man die op sterven ligt. Hij krijgt bezoek van een vrouw die hij ooit één nacht kende en bij wie hij een kind verwekte. De herinnering aan die vrouw is steeds blijven leven. Ondertussen ontmoet de dochter een andere man, en zal ook hem voor slechts een nacht kennen, zodat de geschiedenis zich als het ware herhaalt. Peter Verhelsts stuk beantwoordt, net als zijn eerdere theaterteksten zoals 'Maria Salomé' of 'Aars!', nauwelijks aan de klassieke vormvereisten voor theater. De oude man en vrouw of de dochter en haar minnaar zijn niet zozeer personages als wel flarden tekst, stemmen van een onzichtbare psyche, met een eigen toon en thematiek. Ze komen schijnbaar in het wilde weg aanwaaien en overstemmen elkaar. De paradoxale, irrationele beelden die opduiken, roepen een broeierige, grondeloze erotiek op die meer dan eens omslaat in doodsdrift en geweld. Je bent geen getuige van 'echte feiten', maar van de koortsdromen van personages in een broeierig hete nacht.
Letterlijk
Het is al de derde keer dat Wim Vandekeybus een tekst van Peter Verhelst ensceneert. In 'Scratching the inner fields' gebruikte hij fragmenten uit 'Zwellend Fruit'. 'Blush' was gebaseerd op een originele tekst, geïnspireerd op de Orpheus-mythe. Maar telkens overwoekerden de beelden van Vandekeybus de tekst. Voor 'Sonic Boom' werkt Vandekeybus echter niet alleen met zijn eigen ensemble Ultima Vez - de dansers en actrice Ina Geerts die 'Blush' maakten - maar ook met drie Noord-Nederlandse rasacteurs van TA: Joop Admiraal, Kitty Courbois en Titus Muizelaar. Toeval of niet, deze keer is de tekst wel prominent aanwezig. Soms verbeeldt de dans zelfs letterlijk de woorden. Verhelst beschrijft hoe een jongen en een meisje elkaar ontmoeten op een plein en in die ontmoeting verstrengeld raken tot ze, een oude mythe indachtig, blijven leven als twee verstrengelde platanen op het plein. Als het meisje zich in de tekst ruggelings naar de jongen toe laat vallen, zie je de tekst letterlijk werkelijkheid worden. Het is meteen een hoogtepunt van de voorstelling. Een vrouw stort zich roekeloos achterover en wordt slechts van een haast zekere breuk gered doordat een man onder haar schuift en haar val breekt. Maar dan wijkt Vandekeybus van de tekst af: hij keert de rollen van man en vrouw steeds weer om tot tussen hen een vorm van contact-improvisatie ontstaat die herinnert aan de risicovolle acties uit zijn vroegste werk. Maar toch blijft de band met Verhelsts verhaal behouden omdat de oude man en vrouw, Joop Admiraal en Kitty Courbois, in de achtergrond blijven toekijken.
Voor de Nederlandse acteurs is werken met Vandekeybus een openbaring, al speelden ze al wel eens in voorstellingen met dans en theater. 'Count your blessings' kende heel wat dans, maar dat leidde zijn eigen leven daar beneden', merkt Courbois op over de voorstelling van Gerardjan Rijnders, waarin het scènebeeld een snede op ware grootte door een woonhuis was. 'Maar ook in 'Baal' werkten we veel met muziek.' Toch was dat niets vergeleken bij de confrontatie met dans hier. Titus Muizelaar: 'We zijn echt deel van het gezelschap geworden. Dat is niet makkelijk. Plots moet je een beweging die uit jezelf komt, gaan improviseren. Ik dacht dat ik ter plekke gek werd. Wat Wim gelukt is, is dat ik me in deze voorstelling veeleer gechoreografeerd dan geregisseerd voel. Choreografie en regie schuiven in elkaar. Het geheim zit volgens mij in een energetische natuurlijkheid. Wim kijkt heel nauw naar wat je lichaam uitdrukt. Dat werkt goed met een tekst als die van Peter. De motor van een gewone theatertekst is toch steeds een sluimerend conflict dat tot uiting komt. Dat is bij Peter niet het geval. Hij maakt wel een toneeltekst, want hij wordt gebracht op een toneel, maar het gaat om innerlijke belevenissen. Die tegenstelling tussen gedachten en expressieve bewegingen werkt. Het lijkt mij echter dat deze voorstelling minder onder stoom staat dan 'Blush'. Er is meer ruimte voor contemplatie.'
'Het is niet echt toneel', mompelt Joop Admiraal instemmend. In de voorstelling bewijst hij dat. Niet alleen geeft hij in het begin zijn hoogsteigen versie van 'electric boogie' ten beste, je ziet dat Vandekeybus hem niet het minst inzet om zijn 'kop', zijn fascinerende présence op een scène. Een hele scène lang kijkt hij, gelegen op de grond en steunend op een elleboog, haast zonder woorden voor zich uit. Onvoorstelbaar bij 'toneel', maar hier 'werkt' het wel. Admiraal: 'Wim wil dat de manier waarop we bewegen heel dicht bij onszelf blijft. Hij heeft ons gekozen toen hij een repetitie volgde bij TA. Hij zocht naar twee oudere mensen en een lekker dikke acteur. Dat werd Titus, en waarom hij lekker dik moest zijn, zal je wel zien in de voorstelling.'
Weefsel
Titus Muizelaar raakt er niet uit hoe je deze vorm van theater moet benoemen. Theater is het niet, danstheater verwijst te veel naar een belegen vorm waarbij bewegingen een verhaaltje ondersteunen. 'Deze voorstelling is als een weefsel. Poëzie en beweging schuiven in elkaar, je merkt niet waar het ene in het andere overgaat. Wim stuurt het heel sterk. Hij dwarsboomt een gewone lezing van de tekst. Als de tekst psychologisch realistisch lijkt, koppelt hij ze meteen aan een andere, absurde actie. Wim brengt zo poëzie en beweging in een surrealistisch kader samen. Dat beïnvloedt ook je concentratie als acteur. Je moet die anders doseren. Ik voer in dit stuk een gesprek terwijl zes dansers mij op een deken voorttrekken. Dat je voortdurend op je evenwicht moet letten is genoeg om je uit je lood te slaan. Geweldig.'
De psychische stemmen van Peter Verhelst resoneren in dit stuk op een merkwaardige wijze met een tweede 'plot', al is het woord actie of situatie veeleer op zijn plaats. Vandekeybus raakte gefascineerd door het fenomeen van nachtradio. Met zijn wereldontvanger schuimde hij over de hele wereld nachtprogramma's af waarop dj's en bellende luisteraars zich, beschut door de anonimiteit van de nacht, laten gaan in de meest uitzinnige ontboezemingen. Die ervaringen vinden hun neerslag in de demonische nacht-dj, gespeeld door de Amerikaan Robert M. Hayden. De verhalen van de oude man en vrouw waaien soms aan in zijn radiostudio, een perfecte verbeelding van het stemmenkarakter van de tekst van Verhelst. Daar bovenop ontwikkelt zich echter een andere actie. Hayden speelt vanuit zijn radiostudio het Amerikaanse kinderspelletje Simon Says. Dat bestaat erin om elke handeling die Simon voorschrijft uit te voeren. Maar Simon laat zich verleiden tot gore en perverse opdrachten als 'Hit me in the belly' of 'Cut your chest'. Nog bevreemdender is dat German Jauregui Allue en Thomas Steyaert willoos gevolg geven aan die bevelen, en dat Elena Fokina met wellust Titus Muizelaar aanpakt - punt overigens waar het hoofdverhaal alweer Vandekeybus' subplot raakt. Ook op het einde raken deze twee verhalen van een ongebreideld voortwoekerend verlangen zich in de chaotische apotheose van dit af en toe onthutsend stuk.
'Sonic Boom'
staat op KunstenFestivaldesArts in het Kaaitheater op zaterdag 3 en zondag 4 mei (18u) en maandag 5 en dinsdag 6 mei om 20u30. Van 20 tot 22 mei: De Singel Antwerpen. Later op het jaar ook in Leuven, Hasselt en Antwerpen.