Date 2001-05-09
Publication De Tijd
Performance(s) EXTENSIONS
Artist(s) Le Roy, Xavier
Company / Organization
Keywords
De biologie van het spel
In de biografie van de
Onder de aanstormende choreografen die de jongste tien jaar de erfenis van de (postmoderne) experimenten uit de jaren '60 en '70 terug van onder het stof halen staat
deze onderneming toch niet zo vreemd. Ze is zelfs een logische stap in het onderzoek naar de herhaalbaarheid van het eerste, authentiek creatieve moment in de dans. En dat is een van de centrale vragen in het werk van Le Roy.
Ook zijn beslissing om van bij het prille begin van zijn danscarrière uit te wijken naar
neemt hij dan maar voor lief...
'Het ontstaansproces van een voorstelling bepaalt natuurlijk het product. Als je, zoals ik, niet zo ingenomen bent met de gangbare resultaten, ligt het dus voor de hand datje het werkproces herdenkt. Met het project '
een dansvoorstelling tijdens repetities door improvisatie ontwikkeld. Een substantieel deel van de choreografische arbeid gaat naar het herhaalbaar maken van wat daar ontstaat Maar dat is in feite onmogelijk. De omstandigheden verschillen altijd, al was het maar omdat er bij voorstellingen een publiek is, en bij repetities niet Om dat op te heffen zou je repetities moeten laten samenvallen met de voorstelling. Dat was de basisgedachte van '
'Natuurlijk was de hele opzet veel te open. Je kan je wel voorstellen dat we niet altijd veel vooruitgang boekten. Maar dat was strikt gesproken ook niet vereist, omdat er geen première in het verschiet lag. Elke werksessie was immers een première. Het idee was bovendien totaal utopisch: dat het moment zelf alles zou betekenen. Een moment waarin we volledig zouden samenvallen met onze acties en het publiek die ervaring ook volkomen zou kunnen delen.'
Een zeker resultaat was in elk geval dat
REGELS VERZINNEN
Toch lijkt het mij een valabel onderzoeksspoor. Je stelt immers heel wat kwesties aan de orde. Hoe komen mensen tot beslissingen in een onzekere situatie? Welke sociale en communicatieve codes zijn in het geding? Hoe ontstaan machtsverhoudingen? Ook de relatie tussen kijker en uitvoerder wijzigt. Net zoals de uitvoerder de spelregels al doende verzint, moet ook de kijker zelf uitmaken hoe hij de situatie interpreteert. Hij kan niet steunen op vastgelegde afspraken. Alle transformaties die het spel bewerkstelligt maken dus dingen zichtbaar die door hun vanzelfsprekendheid gewoonlijk onzichtbaar blijven. Het is alsof je je zou richten tot toehoorders in een taal die afwijkt van de gangbare, omdat je vaststelt dat de gangbare taal je haast dwingt om steeds hetzelfde te zeggen. Het probleem is natuurlijk dat je dan wellicht wel iets anders of nieuws tot uitdrukking brengt, maar het zo aan boord moet leggen dat de toehoorder dat ook nog kan volgen. Hij moet dus die afwijkende taal al luisterend (kunnen) reconstrueren. Dat is niet noodzakelijk een comfortabele situatie.' Plots zegt
Toch is hij heel stellig omtrent het verschil tussen zijn onderzoek naar het 'spel' en gewone dansimprovisatie. 'Improvisatie kent in de dans twee aanwendingen. Ofwel is het een instante compositietechniek. Gedurende een bepaalde tijdsduur drukt men alles uit wat zich in hoofd of lichaam aandient. Ofwel is het een methode om al repeterend materiaal te genereren voor een choreografie. In het eerste geval gaat het om een cultus van het spontane. Daar heb ik veel vragen bij. Wat iemand al dansend ervaart is, uit de aard van de zaak zelf, strikt privé. Hoe kan een toeschouwer dan daardoor geboeid worden? Hij heeft er immers geen toegang toe. Het is mij echter gebleken dat er een groot verschil is tussen wat de esthetica van de improvisatie beweert en wat er werkelijk gebeurt. In improvisatie zou, in tegenstelling tot de reguliere dans- of theatervoorstelling, steeds weer iets nieuws opborrelen. Maar als je nauwer toekijkt, merk je al snel dat alle improvisaties op elkaar lijken. En dat is mijn probleem, niet alleen met improvisatie, maar met theater in het algemeen. Ik kan mijn ongeloof niet opschorten. Het heet dat improvisatie tegen de starheid en de valse esthetiek van de vastgelegde dansvoorstelling wil ingaan, maar in werkelijkheid worden net dezelfde mechanismen gereproduceerd. Ik zie dezelfde dikke laag esthetiek die over een willekeurige reeks bewegingen uitgesmeerd wordt. Wat ik met de spelgedachte nastreef is dat de wijzen waarop tekens circuleren zichtbaar worden. Anders gezegd: het is improvisatie, maar dan zonder de opgelegde esthetiek ervan. Ik probeer zo ook het narcisme van de danser te ontlopen. Dat wil niet zeggen dat ik per se tegen elke esthetica ben. Integendeel. Ik denk dat, in het beste geval, elk werk zijn eigen esthetica voortbrengt. Er ontstaat maar een probleem als men de kar voor het paard spant, als men vertrekt van een vooraf gegeven, geleende esthetica, zonder te beseffen wat de ontstaansgrond ervan is.'
NIEUWE VERSIE
Na de eerste sessies van '
'De kwaliteit van het gepresenteerde was erg ongelijk. Er was zelfs werk met amateurs dat nauwelijks het niveau van schoolvoorstellingen oversteeg. Maar dat vind ik net boeiend. De verschillende onderdelen krijgen een ander belang door hun juxtapositie. Verschillende leeswijzen worden mogelijk en noodzakelijk. Tegelijk stelt het de kwestie van het auteurschap aan de orde. Het project werd aan mij toegeschreven, maar in werkelijkheid was nagenoeg geen onderdeel werkelijk van mijn hand.'
'Voor de voorstellingen in