Date 2000-01-22

Publication De Standaard

Performance(s) Les lieux de lá

Artist(s) Monnier, Mathilde

Company / Organization

Keywords lieuxblokkenmassadozenblanchotgroepsorganismepalissadeaccumulatieoverpeinzingvormvast-vormeloos

Dansen in een sterrenstelsel

ANTWERPEN -- Les lieux de lá toont het nog eens aan: Mathilde Monnier onderscheidt zich van het gros der choreografen. Ze maakt doortimmerde werkstukken, authentiek en weerbarstig.

Les lieux de lá is ontstaan vanuit teksten en gedachten over gemeenschap en massa van auteurs als Blanchot, Canetti of Michaux.

Verwacht echter niet dat Les lieux de lá een soort verbeelding zou zijn van filosofische of literaire denkbeelden. Deze voorkennis is, strikt gesproken, zelfs volkomen overbodig. De voorstelling zelf biedt in structuur en uitwerking meer dan genoeg stof tot overpeinzing.

Ze opent met twee duo's van een blanke vrouw en een zwarte man, die tegen de zwarte achtergrond wel met elkaar versmolten lijken. In de eerste vijf minuten van de voorstelling, van de detaillering van de duo's tot de compositie van de groep, is een enorme hoeveelheid choreografisch materiaal bijeen gepakt, totaal verschillend voor elke danser.

Deze accumulatie is kenmerkend: dit stuk kent geen thema's die in klassieke zin aangezet en doorgewerkt worden. Daarvoor is hun aantal veel te groot en kennen ze ook te veel verloop en variatie. Bovendien zijn ze meestal te sterk verbonden met een bepaalde danser of groep dansers.

Naar dit stuk kijken heeft, hoe vreemd het ook kan klinken, eerder iets weg van de observatie van een complexe chemische reactie die verschillende toestanden doorloopt. Je ziet de dansers zich omvormen tot een nieuw en vreemd groepsorganisme.

Andere keren denk je aan een sterrenstelsel dat soms uiteenvalt in los zwevende partikels of heldere figuren, maar waarin later de dansers naar elkaar toe gaan als werden ze onweerstaanbaar aangetrokken door een zwart gat. Maar op elk moment gaat het om sterke, erg concrete en lijfelijke denkbeelden die de spanning verkennen tussen individu en groep, intimiteit en massa, vormelijkheid en vormeloosheid.

De muziek van Heiner Goebbels en, vooral, de scenografie van Annie Tolleter vormen een uiterst krachtige vormelijke ondersteuning. De scène heeft een nachtzwarte fond. Links ervan zie je bij de aanvang van de voorstelling een toren van kartonnen dozen en rechts een reeks van vier grote houten blokken met zowat dezelfde omvang. Die blokken vormen vaak een soort palissade waarachter de dansers verdwijnen.

Terwijl de houten blokken de hele voorstelling lang standhouden, moeten de dozen er in hoog tempo aan geloven. De dansers vallen erop en springen erdoor tot ze allemaal verdwenen zijn.

Een gigantische massa doeken wordt erachter zichtbaar. Een tegenstelling hard-zacht, vormvast-vormeloos, die de hele voorstelling beheerst, tot in het allerlaatste deel de dansers de duizend kilo aan doeken naar de andere kant van de scène verslepen. In dat harde labeur komt de fysieke werkelijkheid van wat op de scène te zien is heel sterk naar boven, en articuleren de verschillen tussen dansers zich ook onontkoombaar.

Nog tot zaterdag om 20 uur in deSingel in Antwerpen (telefoon 03-248.28.00 of www.desingel.be ).