BRUSSEL -- Het jonge gezelschap De Verrukking speelt een ingekorte versie van Genets ultieme theatertekst Les paravents in regie van Rik Hancké. Het stuk, dat in zijn integrale vorm zowat zes uur duurt en een kleine honderd personages telt, wordt gebracht in twee en een half uur, met zes acteurs en een muzikant. Een verrukking kon je deze voorstelling helaas allerminst noemen.
Dat Genets stuk doorgaat voor quasi-onspeelbaar is daarbij niet echt een excuus. De voorstelling wekt voortdurend de indruk dat de makers zelf geloven dat ze tot de kern van Genets werk doordringen.
Of zoiets überhaupt mogelijk zou zijn, is allerminst evident. Dat De Verrukking versleten clichés als gekrijs en geschreeuw of "schokkende" beelden à volonté aanwendt als stijlmiddel om de uitzinnige waarheid van Genets antimoraal te verduidelijken, grenst echter aan het lachwekkende.
Als de moeder (Monique Kuijpers) nadrukkelijk een valse, met groene en rossige mosjes aangedikte schaamheuvel aan haar zoon Saïd (Tom Van Bauwel) aanbiedt -- nota bene in de allereerste scène van het stuk -- dan bekruipt je zowaar een plaatsvervangende schaamte. Dat zoiets begin jaren '60 opzien kon baren en de ogen kon openen voor een bepaalde betekenislaag van Genets werk, is best aannemelijk. In deze tijden van Benetton-afiiches en kindermoorden, wordt zo'n stijlmiddel zo futiel, dat het juist de aandacht van de tekst afleidt. Het ridicule van het "gewaagde" beeld leidt tot de ridiculisering van Genets tekst.
Af en toe ontsnapt de voorstelling daar even aan. Als luitenant weet Carl Ridders de verbijsterende lust in verspilling en (zelf-)vernietiging van het oorlogsgebeuren, die Genet zo overtuigend verwoordt, even een zekere werkelijkheid te geven. Een ander lichtpunt is de muzikale score van Fred Van Hove, gespeeld op accordeon door Cindy Michielsen. De muzikaliteit wordt helaas al te vaak genegeerd door de overacting van de acteurs. Maar deze momenten zijn al te spaarzaam verspreide parels in een grauwe brei van zich eindeloos aan elkaar rijgende scènes.
Intrige
De woorden zijn de helft van de tijd nauwelijks te verstaan door alle gebrul en geraas. Met als gevolg dat de basisintrige van het stuk, het verhaal van een straatarme bouwvakker, zijn moeder en zijn aartslelijke vrouw tijdens de Algerijnse bevrijdingsstrijd, slechts met moeite of zelfs helemaal niet te volgen valt.
En ook dit wekt het vermoeden van een te grote zelfgenoegzaamheid bij dit gezelschap. Het "uitzinnige acteren" wordt voetstoots aangenomen als juiste benadering van de tekst, en is in de plaats van de tekst gaan staan. Klaarblijkelijk maalde niemand nog om precisie in zegging en gebaren.
En dat is onvergeeflijk. "Eenvoud is het kenmerk van het ware" zou hier een toepasselijke bedenking zijn.
Speelt nog op verschillende plaatsen in oktober en november, o.a. in Brussel, Tongeren, Amsterdam, Kortrijk, Antwerpen, Brugge, Turnhout, Utrecht en Rotterdam.