Date 1995-04-04

Publication De Standaard

Performance(s) Don Carlos

Artist(s)

Company / Organization Maten

Keywords posafilipsaltenhausambtelijkedonderkoningtrierinquisitiealvaschiller

Maten speelt Don Carlos in sneltreinvaart

LEUVEN -- In Don Carlos van Friedrich Schiller loopt het drama over vriendschap, liefde, en verraad voortdurend het ideeënstuk over vrijheid en politieke rechtvaardigheid voor de voeten. Het stuk duurt in zijn normale speelduur gemakkelijk drie tot vier uur. Maten, het gezelschap dat zich afsplitste van Stan, speelt het stuk in iets meer dan een uur. Een drastische bewerking dus, die enkele gedenkwaardige momenten oplevert.

Het stuk speelt zich af in het Escorial, het paleis van Filips II. De strenge hofetiquette en de alom aanwezige Inquisitie beperken de bewegingsvrijheid en vrijheid van denken van allen, de koning inbegrepen, zoals zal blijken. Die geslotenheid, waarin nieuwe gedachten verboden zijn, leidt tot talloze perversies, waarvan nauwelijks iemand zich bewust lijkt.

In eerste instantie is er het huwelijk van Filips (An De Donder) met Elisabeth van Valois (Adrienne Altenhaus). Deze vrouw was aan zijn zoon Carlos (Waas Gramser) beloofd, en die is er nog steeds verliefd op. Die bedenkelijke situatie weerhoudt de koning er niet van achter de rokken van hofdame Eboli (een dubbelrol van Altenhaus) aan te zitten, die op haar beurt weer op Carlos verliefd is. De enige die hier voordeel uit weet te halen is Alva (Kris van Trier), de inquisiteur-hertog als belichaming van het terreurapparaat van de staat.

Het gevolg van dit kluwen van konflikten en intriges is dat werkelijk belangrijke politieke inzetten uit het oog verloren worden. De enige die hier oog voor heeft is de idealist Posa (Kris Van Trier), de beste vriend van Carlos. Hij wil Carlos ertoe bewegen de Vlaamse zaak te behartigen en Alva's plaats in Vlaanderen in te nemen. Een verloren zaak, zoals bekend. Persoonlijk heeft ook de koning wel oren naar Posa's boodschap van menselijke waardigheid en goed staatsbeheer (een twee-eenheid bij Schiller), maar hij kan of wil er, in zijn positie, niet op ingaan.

De letargie van An De Donder bij het spelen van deze passages is treffend. Uiteindelijk wordt Posa, om zijn doel te bereiken, zo verstrikt in alle hofintriges dat al zijn plannen in duigen vallen.

Op het einde van het stuk wordt de werkelijkheid van dit systeem in een magistraal moment verduidelijkt. An De Donder, als een dodelijk vermoeide koning Filips, die net zijn zoon, zijn vrouw en Posa, de beste vriend van zijn zoon heeft neergeschoten, belt voor alle zekerheid even de Inquisitie op. Die legt uit dat er absoluut geen probleem is om deze kwestie te legitimeren, "gelet op ambtelijke voorschriften zus en zo". Dat stelt de koning gerust, want verder kan het hem toch blijkbaar niet meer verdommen wie dood is. Al staat hij aan de top van een machtsstruktuur, de ambtelijke machinerie, waarin hij zelf vermangeld zit, heeft hem al lang verleerd zichzelf of anderen als mens te zien. Hij is God in zijn rijk, maar dan God als de lege betekenaar van een ambtelijke machine.

Deze scène heeft een biezondere duidende kracht tegenover alles wat vooraf gaat. Plots wordt het verhaal van de opstandige Don Carlos en Posa erg aktueel. De persoonlijke perversie en de politieke perversie van een totalitair systeem, waarin onuitsprekelijke gruwel ambtelijk geklasseerd wordt, lijkt wel erg goed op systemen van het vroegere Oostblok. Maar ook de figuur van Posa wordt genadeloos onder de loep genomen. Altenhaus stelt zonder omwegen de vraag of het idealisme van Posa niet een nauwelijks verholen drang is om bewonderd en geliefd te zijn door een abstrakte "medemens".

Terreur

Omdat het humanitaire idealisme in deze enscenering in de persoon van Van Trier samenvalt met de blinde staatsterreur en ideologie wordt meer dan een vraagteken geplaatst bij het humanistisch ideaal van een vrije burger in een vrije staat. Dat dit ideaal overigens ook best de grootste wreedheid kan goedpraten is ook al meer dan eens gebleken.

Het is jammer dat Maten zich toch niet iets meer tijd toegemeten heeft voor deze enscenering. Op veel momenten is de vaart van de voorstelling zo groot dat je de intrige nauwelijks nog kan volgen, zelfs al heb je ze min of meer in je hoofd. Zeker naar het einde toe wordt de duiding van de figuur van Posa in zo'n tempo afgehaspeld, en dan nog in het Engels (Altenhaus is een Amerikaanse), dat je het nog nauwelijks kan vatten en plaatsen. In het akteren zit om dezelfde reden een sterke schetsmatigheid. Het zijn vaak de attributen die duidelijk maken met wie je te doen hebt bij de dubbelrollen. Op zich is dat geen bezwaar, omdat het exemplarische van Schillers figuren sterk in de verf zet, en de aandacht vestigt op hun belangrijkste trekken zoals Filips' vermoeidheid of Carlos' neurotische verwarring.

Maar ook hier had een iets trager tempo het gewicht en de betekenis van het discours van de personages kunnen versterken. De momenten waarin een verrassend licht op het verhaal geworpen wordt, verdienen dat.

Nog te zien, vandaag 4 april in de Warande in Turnhout, daarna in Limelight in Kortrijk, de Werf in Brugge, Bronks/PSK in Brussel en Nieuwpoortteater in Gent.