LEUVEN -- Het inmiddels legendarische Nederlandse gezelschap Maatschappij Discordia toert dezer dagen door Vlaanderen met twee komedies van Shakespeare, Measure for measure en Twelfth night, or What you will. De troep is te klein om de vele rollen in beide komedies in te vullen. Daarom neemt iedere akteur diverse personages voor zijn rekening, wat in Measure for measure een belangrijke dramaturgische meerwaarde oplevert. In Twelfth night is dat echter niet het geval.
De interpretatie van Twelfth Night lijkt op een oefening in het ad hoc oplossen van alle problemen die een situatiekomedie oplevert, met als toemaatje een geinigheidje van J.J. Lamers als een geschifte fiddler. De intrige is dan ook ingewikkeld om na te vertellen, en zeker om te spelen.
Een tweeling, Sebastiaan en Viola, strandt na een schipbreuk, elk van hen in de waan dat de ander dood is. Viola komt als knecht terecht bij graaf Orsino, verkleed als eunuch, en is bij voorbaat al verliefd op hem. Orsino heeft daar geen oog voor, omwille van zijn liefde voor Olivia, die dan weer op Viola verliefd wordt. Een onmogelijke driehoek, alleen al omwille van de geslachtsverwisselingen. Alles komt terecht als Sebastiaan weer opduikt.
Dit flinterdun verhaal is nauwelijks meer dan een voorwendsel om (ironische) verzen over de liefde aan elkaar te rijgen, en precies dat is een kolfje naar Discordia's hand. Met een onnavolgbare flair buitelen zij van de ene rol in de andere, van de ene patstelling in de andere. Als kinderen in een stoffig museum, die hier en daar een vergeten parel ontdekken. Een belangrijk bezwaar tegen die nonchalance is dat precies die teksten soms nauwelijks nog te begrijpen zijn, terwijl Gerrit Komrij dan toch een uitstekende vertaling schijnt afgeleverd te hebben.
In Measure for measure, vertaald door Hans Andreus in 1964, worden alle belangrijke personages gekoncentreerd in twee akteurs, Titus Muizelaar en Frieda Pittoors. Ze maken er een huzarenstukje van, en in tegenstelling tot de nogal aleatoire rolverdeling in Twelfth Night werpt deze koncentratie een biezonder licht op de tegenstellingen en (verzwegen) drijfveren van de personages.
Dat kan, omdat het stuk een sterkere plot heeft waarin de tegenstellingen niet alleen uit situatie en toeval ontstaan. Aanvankelijk lijken de personages op een vrij rechtlijnige manier voor onderscheiden houdingen en drijfveren te staan, zoals onbuigzame deugdzaamheid, passionele liefde, naastenliefde en liefde tot god, trouw, wijsheid en rechtvaardigheid. Maar naarmate de intrige zich ontvouwt, blijken de grenzen van die strevingen steeds verder te vervagen, om niet te zeggen dat de ene streving een perverse verdraaiing van de andere is.
De hertog van Wenen slaagt er niet meer in om de wetten op moraal te laten naleven, en vertrekt op reis om zich te laten vervangen door de als zeer deugdzaam bekend staande Angelo. Het eerste slachtoffer daarvan is Claudio, die betrapt wordt met zijn zwangere geliefde Julietta, en ter dood veroordeeld. Isabella, Claudio's novice-zuster, gaat voor hem ten beste spreken bij Angelo, en daar gaan de poppen aan het dansen. Want Angelo wil alleen toegeven als Isabella met hem naar bed wil. Het gaat van kwaad tot erger, en uiteindelijk moet de incognito teruggekeerde hertog orde op zaken stellen.
Je kan Angelo gemakkelijk zien als 's hertogs Mr. Hyde: de perversie en ongenadige rechter van diens eigen losse moraal. De deugdzaamheid van Isabella komt dan weer in een vreemd daglicht te staan, als een biezondere vorm van eigenliefde, als ze wel danig geprikkeld wordt door Angelo's verzoeken, maar nauwelijks konsideratie heeft voor Claudio's wens om te blijven leven. Ze kontrasteert vreemd met de trouw van de verstoten Mariana aan Angelo. En Angelo is als figuur op zich al een subversieve kreatie, een karikatuur van de moraalridder.
Muizelaar en Pittoors doorlopen al deze rollen met een fijn oor voor kleine nuances, kleine verschuivingen in de personnages die ze spelen. Ze spelen ze nooit echt voluit, maar houden altijd als het ware een slag om de arm, zigzaggen tussen de verschillende teksten als bedreven en begeesterde voorlezers.
Uiteindelijk valt alles natuurlijk in zijn plooi, al blijkt zelfs in de afwikkeling duidelijk Shakespeares ironische kijk op het liefdesbedrijf. De pacifikatie die uitgaat van een reeks door de hertog verordende huwelijken is als de bezegeling van een officiële moraal, een pax romana waarachter je zonder enige moeite de genadeloze strijd tussen de mensen kan zien verderlopen. Deze epiloog wordt dan ook afgehaspeld op een bijna mechanische, lacherige toon. De kijker moet zelf maar zijn konklusies trekken. De epiloog is konventie, enkel gespeeld ten titel van inlichting.
Nog te zien in Antwerpen. Monty, van 6 tot 9 februari, in Gent, Nieuwpoortteater van 11 tot 14 februari en in Brussel, Kaaiteater, van 18 tot 23 februari. Voor inlichtingen over aanvangsuur, en over welk stuk welke dag gespeeld wordt, kan U terecht bij de respektieve teaters, want de volgorde van spelen ligt niet vast.