Date 1987-10-23

Publication De Standaard

Performance(s) Mort de rire

Artist(s) Monnier, MathildeDuroure, Jean-François

Company / Organization

Keywords rireschuttingtekstendurourekamerjasfauteuilskaleidoskooperuitboelmortmonnier

Stuiptrekkingen van marionetten: "Mort de rire" van Monnier/Duroure in Klapstuk

LEUVEN -- Mort de rire van het Franse koreografenduo Mathilde Monnier en Jean-Frangois Duroure is moeilijk in voor de hand liggende beelden of vergelijkingen te vatten. De voorstelling is, zoals het scènebeeld, net een wrak dat in losse brokken, op een staccato ritme, voortzwalpt.

In een hoek van de scène is tegen een buizenkonstruktie een namaak verkommerd vooroorlogs kabaret met rode pluchen fauteuils neergezet. Tegen de achterwand zijn schuttingteksten gekrabbeld. Het ziet eruit alsof de maker, ergens halverwege de opbouw, zijn overtuiging in de onderneming is verloren.

Een zoeklicht flitst naargeestig over een danseres die met de benen in de lucht over de rug van een fauteuil naar beneden zakt. Op de grond kronkelen vijf andere dansers, allen gekleed in een androgyn kostuumpje: mannen zowel als vrouwen dragen een beha onder een zwarte broek met brede schouderbanden.

Het rechtop komen geeft de dansers hun waardigheid niet terug: ze zien eruit en handelen als een soort polichinellen die gehoorzamen aan de onvoorspelbare grillen van een verveelde poppenspeler. Hier wat klappen uitdelen, daar wat denkbeeldige handgranaten gooien en ontploffen, geblaseerd nagels lakken, zwemmen op de grond, het wordt allemaal in een ogenschijnlijk wilde volgorde gedaan.

Maar niets van dat alles wordt uitgesponnen tot een volledig tafereel, een afgeronde dans.

Geen gebaar wordt afgewerkt, de dansers houden plots op, herbeginnen weer iets anders, springen onrustig van de hak op de tak. Het is alsof ze zich bezighouden om aan niets anders te moeten denken. Af en toe wordt die onrust samengetrokken tot een samenhangend tableau: de dansers maken een groepsfoto op de fauteuils in stereotiepe poses. De stilte die dan heerst, is bijna oorverdovend. Ze zien eruit als houten klazen, die in niets nog verschillen van de dubbelegekunsteldheid van het decor -- die van het bordeel dat voorgesteld wordt en die van het onvoltooide, skeletachtige uitzicht ervan. De grijnslach die op hun uitgeleefde gezichten als bij commando verschijnt, versterkt nog dat kunstmatige karakter.

Er is maar één ding dat ze -- voor zolang het nog kan -- wel doen, en dat is lachen met hun eigen domme kunstjes en versleten circustruuks. Als goochelaars die weten dat iedereen het al lang doorheeft, lopen ze heen en weer over de scène, met twee of drie verstopt achter een kamerjas op een stok. Hier en daar blijft er eentje staan tot de kamerjas voorbijgezweefd is: wonderbaarlijke verschijning. Om het helemaal grappig te maken, herhalen ze dat procédé een laatste keer, maar dan met de jas naar de achterkant van de scène gericht, zodat iedereen nu wel moet doorhebben hoe het kunstje werkt. Hongaarse zigeunermuziek, met haar typische mengeling van weemoed en opwinding, vrolijkt de boel op.

Al die kleine brokjes vertoning worden naar het einde toe als stukjes gekleurd glas in een kaleidoskoop geschud om in steeds nieuwe kombinaties weer en weer getoond te worden, tot vervelens toe, terwijl de dansers steeds meer dode vissen op de scène gooien. Als je denkt dat er nooit meer een einde aan komt, wordt de stinkende boel plots opgeruimd, de schuttingteksten van de muur geveegd. Het morbide bal is over.

En dan verschijnt het gezelschap nog een laatste maal, nu keurig naar geslacht gekleed, als voor een galant 19de-eeuws "déjeuner sur l'herbe", kompleet met parasolletjes en hond, was het niet van de vreemd uitstekende winkelhaken in de vrouwenrokken als crinoline. Het arkadische landschap draagt onmiskenbaar de tekenen van de nachtelijke wanhoop. Over de leegte van het leven die met de dood bezegeld wordt. De kaleidoskoop draait verder, later.

Deze pervertering van alle gangbare kompositorische en estetische regels, terwijl de genres toch in hun amputatie zichtbaar blijven, is een trefzeker uitgewerkt teatraal procédé om die emotie tastbaar te maken. Het was voor mij een voorlopig hoogtepunt van Klapstuk '87.

Deze voorstelling is vanavond in "De Singel". Antwerpen, om 20 u.