Een zeer verstaanbare Tsjechov, in het Hongaars
STUTTGART -- Het festival Theater der welt is net geëindigd. Verschillende voorstellingen en/of groepen, te gast op dit festival waren al eerder in België te zien, o.a. Ajax van Sellars, II Cortile van Sosta Palmizi, Carlotta Ikeda, Michael Clark en uiteraard ook Rosas met Bartok/aantekeningen. Op de indrukwekkende internationale affiche prijkt ook een relatief onbekende Hongaarse groep, het Katona Jószef Theater met een voorstelling van Tsjechovs Drie zusters. Die voorstelling is volgend jaar op uitnodiging van het Kaaiteater te gast in Brussel.
De voorstelling wordt gebracht in het Hongaars. Uiteraard, gezien de herkomst van het gezelschap. Maar vreemd genoeg vormt dit nauwelijks een hinderpaal om van de toch vrij lange voorstelling te genieten. Voor een deel heeft dat te maken met het verhaal zelf: bij herlezen van de tekst na de voorstelling kun je alleen maar opnieuw konstateren dat de plot van Tsjechovs stukken werkelijk flinterdun is, om niet te zeggen dat er gewoon niets gebeurt.
De afwezigheid van een verhaal wordt door Tsjechov opgevuld met de onbestemde landerigheid en moedeloosheid van zijn personnages. En het boeiende daarbij is dat het niet de passages zijn waarin de personnages voluit hun wanhoop uitspreken die deze sfeer zo overtuigend overbrengen, maar wel die waarin ze, in hun versprekingen en schijnbaar banaal gebabbel, verschijnen als aanstellerige, futiele en lachwekkende figuren, die het formaat missen om werkelijk tragisch te zijn.
De voorstelling van het Katona Jószef theater nu, is -- met de uiterlijke verschijning van een zeer klassiek-realistische voorstelling -- een zeer ver doorgedreven oefening in het "tussen de regels lezen" van Tsjechovs dialogen, met vooral, of bijna uitsluitend zelfs, aandacht voor de psychologie van de personnages. En regisseur Tamas Ascher haalt daarbij werkelijk alles uit de akteurs dat ertoe kan bijdragen de psychologische evolutie ervan te verduidelijken. Al versta je er dan letterlijk geen woord van, na vrij korte tijd krijg je door de hele mimiek, tot en met de manier van bewegen en spreken, door de keuze van de kleding, de manier waarop ze elkaar wel of niet in de ogen krijgen, een vrij goed beeld van wat daar (niet) gebeurt.
Het enige wat bij deze voorstelling ontbrak, was het vleugje zwarte humor dat je bij Tsjechov onderhuids bespeurt. De manier waarop in zijn stukken altijd een zweem van groteske vertekening aanwezig is, bij Drie zusters bijvoorbeeld in de manier, waarop Natasja blijft leuteren over hoe schattig haar kinderen zijn. Anderzijds is ook het decor vrij pover, maar allicht ligt dat aan de nogal bescheiden werkmiddelen van het gezelschap. Maar het pleit voor de kwaliteit van het akteerwerk dat je daar nauwelijks acht op slaat. In zijn genre heeft deze voorstelling werkelijk grote klasse.