ANTWERPEN -- "De jonge held", de figuur waar een jonge vrouw misschien naar verlangt, met allerlei onbestemde gevoelens, die hangen tussen passioneel verlangen, vrees en verwijt. Over de verdichting van voorstellingen die bestaan rond deze pool, deze mytische figuur, gaat De jonge held van Paul Verrept, die zowel de tekst schreef als de regie voerde.
De jonge held zelf is niet op de scène te zien, hij is enkel aanwezig als projektie (letterlijk en figuurlijk): "In films speelt hij meestal onbelangrijke rollen, die enkel bemerkt worden door..." zegt Antje De Boeck. Je ziet op een dia dan een jonge soldaat die zijdelings naar de lens kijkt met de onpeilbare blik van een Marlon Brando.
De jonge vrouw, Antje De Boeck, staat dus alleen op de zwarte scène, en ook zij is niet één figuur; je zou kunnen zeggen dat ze enkel bestaat bij gratie van de losse tekstfragmenten, die niet aan een kontekst gebonden overpeinzingen en dromen zijn. Daaruit ontstaat een beeld van een al even mytische vrouw. Die indruk wordt nog versterkt door de interferentie van haar woorden met de muziek van Wagners Tristan en Isolde.
Maar niet alleen Wagners muziek is debet aan het literaire karakter van haar figuur. Afgezien van het ontbreken van een situering van de tekstfragmenten of een beeldend decor, is er ook het duidelijk gekonstrueerde van de tekst, de frekwente herhalingen en verwijzingen als een kondensaat van alledaagse sentimentele en passionele verzuchtingen. Dat wordt weerspiegeld in de rituele konstruktie van het scènegebeuren, de bijna koreografische opzet en de voortdurende begeleiding met muziek van Joost Fleerackers. De schaarse belichting definieert een paar assen op de scène waarbinnen de jonge vrouw zich beweegt. De voorzichtige, strak uitgetekende passen van Antje De Boeck worden afgewisseld door plotselinge danspassen of nerveus gefrunnik aan haar kleren als in een grote (gefrustreerde) opwinding.
Driemaal verwisselt zij ook van kledij, eerst heeft ze een eenvoudig bloesje en een zwarte broek aan, daarna een zwarte cocktailjurk en ten slotte een bruidsjurk met een enorme sluier, waarmee een progressie in de tematiek samenhangt.
Het stuk heeft een eerder gekunsteld karakter, maar echt storend is dat eigenlijk niet. Alle verwijzingen binnen het stuk, en de verschillende aangewende middelen hangen met elkaar samen. Je krijgt niet de indruk dat er zomaar wat bijgesleurd werd. Dat het zelfs vaak een boeiende kijkervaring is, lijkt mij voor een groot deel te danken aan de vertolking van Antje De Boeck, die deze ijle evenwichtsoefening tussen herkenbare tekstfragmenten en een erg precieze en veellagige struktuur tot een goed einde brengt. Desondanks merk je dat ze b.v. niet echt de lichaamsbeheersing en mimische subtiliteit van een echte danser heeft. Maar dat zijn schoonheidsfoutjes in een stuk dat een gelukkige kombinatie maakt van een zeer cerebrale opzet en een gevoelsgeladen inhoud.
Inlichtingen: 03-233.49.95