6 Sound Questions
11 geluidskunstenaars produceren een groovy mix van aanzetten, ideeën en overtuigingen over de mens in de machine, het geluid als fictionele ruimte, en het theater als sparring partner.
1/ GELUID-MUZIEK
waar begint muziek voor jou, en stopt geluid?
arthur sauer:
ddv: ‘Too many pieces of music finish too long after the end.' –
simon williams:
yves de mey:
david helbich: Waar begint muziek en stopt geluid? Eerlijk gezegd denk ik niet dat dit vergelijkbare eenheden zijn.
steve heather: Er bestaat een dunne scheidingslijn tussen muziek en noise. Een lijn waarop ik mij graag en voortdurend uitleef. Het belangrijkste verschil tussen muziek en noise is voor mij gebaseerd op de organisatie van het materiaal, de intentie waarmee het gemaakt of vertolkt wordt en de referentiepunten van de luisteraar en de maker.
‘Which is more musical, a truck passing by a factory or a truck passing by a music school?' john cage
‘Our musical alphabet is poor and illogical.' edgar varèse
1/ GELUID-MUZIEK waar begint muziek voor jou, en stopt geluid?
aernoudt jacobs: Deze vraag is erg cultureel bepaald, maar los hiervan: fysisch gezien zijn muziek en geluid hetzelfde. Beide kunnen erg sterke emoties losmaken.
pierre bastien:
maarten van cauwenberghe: Dit vind ik een zeer moeilijke vraag, aangezien dit bijna filosofisch is en ik ben zelf niet iemand die mijn werk filosofisch benadert. In elk geluid zit muziek.
peter van hoesen: Elk geluid is een noot.
marc appart: De overgang van geluid naar muziek zou die kunnen zijn van geboorte naar dood. De grens tussen geluid en muziek zou zoals die kunnen zijn tussen geboorte en dood.
2/ MACHINERIE:
vraag: welk belang heeft het al dan niet gebruiken van welbepaalde specifieke technologieën voor jou?
arthur sauer: Het gebruik van technologie in de kunst heeft een esthetische én een praktische waarde. Praktisch, indien het iets mogelijk maakt dat zonder technologie niet te bereiken is. Esthetisch, als het de verbeelding van de luisteraar aanspreekt. Wat ervaren we als werkelijk: een opname van een echt machinegeweer of een volledig artificieel klinkend machinegeweer? De mogelijkheid om met de verbeelding van de luisteraar te spelen, maakt het gebruik van technologie interessant, al kan je uiteraard ook via akoestische middelen met de verbeelding van de luisteraar spelen.
simon williams: Voor mij is het belangrijk om alle beschikbare technologieën te gebruiken. Ik gebruik het liefst oudere technologieën om geluid te creëren, teruggaand tot de jaren zeventig: synths, effect units,... Ze geven mij een enorm grote controlemogelijkheid dankzij hun tactiele interfaces. Maar ze zijn ook mijn passie. Ik ken deze machines van binnen en van buiten omdat ik ze ook herstel of aanpas. En door deze tactiele interactie, heb ik er een sterke band mee. Het heeft ook te maken met een eigenaardige mix tussen affect/intuïtie en techniek/kennis. Je kan die twee niet van mekaar scheiden. Zo wil ik bijvoorbeeld een voorstelling kunnen voelen. Door geluid tijdens een repetitie of zelfs tijdens een live optreden te gaan sculpteren, creëer ik een flow die zorgt voor een echte connectie met het visuele aspect.
yves de mey: Meestal kies ik de technologie in functie van het beoogde resultaat. Ik beschouw technologie eerder als een instrument, en niet zozeer als de bestaansreden voor mijn werk. Anderzijds vormt het bestaan van een bepaalde techniek of technologie soms het uitgangspunt voor een concept of een werkmethode, maar ik probeer dat bestaan niet als reden voor de creatie te nemen. Een bepaalde technologie vult een creatieve behoefte in en/of aan. Ik stel hoe langer hoe meer
vast dat het gebruik van één welbepaalde technologie me beperkt in wat ik wil zeggen of doen. Hoe aantrekkelijk het destijds ook was om te zeggen dat ik ‘computermuziek' maakte, het is een uitspraak die elke dag minder juist klinkt. De computer maakt onvermijdelijk deel uit van mijn werk, maar hij maakt meer en meer plaats voor andere geluidsbronnen en instrumenten (voor zover een computer an sich geen instrument is). Samen met deze vaststelling komt ook het besef dat techniek (zoals in speeltechniek) een grotere impact heeft op wat ik doe, dan technologie.
david helbich: Welbepaalde technologieën gebruiken is voor mij, zoals voor iedereen, van groot belang.
‘The digital computer is dead. The term “digital computer” is no longer useful or appropriate.'
‘We are the genitals of our technology. We exist only to improve next years model.'
ACHINERIE:
aernoudt jacobs:
pierre bastien: Het gebruik van machines is voor mij vanaf het prille begin cruciaal geweest. De machines gaven mij een stijl, terwijl ik er als muzikant geen had. Door me vervolgens te gaan aanpassen aan de machines, ontwikkelde ik een manier van instrumenten bespelen, die min of meer mechanisch klinkt. Ik wil er graag op wijzen dat de analoge machines die ik gebruik, ook door mijzelf uitgevonden en gebouwd zijn. In plaats van kant en klare toestellen te kopen in de winkel, ervaar ik op deze manier het volledige proces van muziek maken. In plaats van een groot deel van het plezier over te laten aan
maarten van cauwenberghe: Alles wat voorhanden is, kan gebruikt worden. Maar ik grijp steeds vaker terug naar analoge geluidscreatie (instrumenten of omgevingsgeluiden via een microfoon). Deze neem ik wel op via Protools, om ze dan eventueel digitaal te bewerken en te verwerken. Protools blijft heel belangrijk, aangezien knippen en plakken en trial and error tot nieuwe ideeën, nieuwe structuren kunnen leiden. Aangezien ik muziek maak voor choreografieën moet ik snel kunnen reageren op veranderingen in de structuur. Dit is perfect mogelijk met Protools. Een ander belangrijk element is mijn oude analoge
peter van hoesen: Geen. De ene dag gebruik ik een computer, de andere dag een stofzuiger. Het is de intentie die telt, niet de techniek.
marc appart:
Ik ga akkoord met de uitspraak van
3/ STEM:
Waarom is men zo gefascineerd door de menselijke stem en het horen van de eigen stem? Welke rol speelt de stem in jouw werk?
‘...the voice is a good way to project perception into the world because it shares sound with hearing.'
‘...il n'y a aucune voix humaine au monde qui ne soit objet de désir - ou de répulsion...' Roland Barthes: La musique, la voix, la langue (
ddv: Mijn stem is mijn belangrijkste instrument. Hoewel ik ook wel eens geluidseffecten gebruik, is de brute kracht en de veelzijdigheid ervan de as van de muziek. Ook bij optredens met anderen draait al de rest om die as. Het gebruik van mijn stem in de muziek is een voortzetting van het gebruik van mijn lichaam in mijn performances. Extreem, op de rand van het onuitstaanbare.
arthur sauer: Die fascinatie is aangeboren. De stem speelt een rol in mijn werk als drager van teksten, en stemsynthese speelt een rol bij de verbeelding van de luisteraar. Ooit wel eens een vrouwenstem gehoord die in een tijdsbestek van enkele minuten langzaam daalt door een pitchshifter?
simon williams: Ik geloof dat we ons op een onbewuste manier vertrouwd en/of vervreemd voelen door de resonantie van onze eigen stem. Mijn eigen stem afgespeeld horen, is nog een ander gevoel. Ik vraag mij steeds af: wie bezit de stem? Waar is de stem? Ik beschouw de relatie van de stem tot het lichaam als iets wat tegelijkertijd binnen én buiten is. Het is fascinerend: je spreekt, en tegelijkertijd hoor je jezelf ‘gesproken worden'. Alsof je stem werd gestolen. Behoort die stem het lichaam toe, of de luidspreker?
maarten van cauwenberghe: Tot nog toe heeft de stem nog niet zo'n toonaangevende rol gespeeld in mijn werk, misschien wel omdat mijn eigen stem niet om aan te horen is. Dit is echter stilletjes aan het veranderen en ik experimenteer meer en meer met stem. Maar dan eerder de stem als geluidsbron, en minder als zang. Het is super om met een stem geluiden te creëren en die dan te bewerken. De mogelijkheden zijn oneindig.
yves de mey: De fascinatie voor stem heeft verschillende redenen. Stem is het ultieme communicatie-instrument, een instrument dat rechtstreeks verbonden is met het menselijke brein. Een stem is het product van een aantal unieke fysieke factoren en de boodschap die de stem overbrengt, is in theorie ook nog eens het product van een individu. Stem is bijgevolg zowat het meest kenmerkende aspect van een mens. Stemmen kunnen gecatalogeerd worden, een stem roept associaties op, verbindt de menselijke luisteraar met een menselijke bron, en is ook de recipiënt van taal.
david helbich: Wat ik uitdagend vind is: een stem bevrijden van zijn potentieel voor taal. Dat zou niets anders dan ontvreemding zijn. Heel vruchtbaar voor de kunst, natuurlijk. Ik hoorde net
3/ STEM: Waarom is men zo gefascineerd door de menselijke stem en het horen van de eigen stem? Welke rol speelt de stem in jouw werk?
aernoudt jacobs: Het frequentiebereik van het menselijk gehoor is afgesteld op de stem. Een anekdote: tijdens een gehoortest worden enkel de belangrijkste frequenties gemeten die overeenkomen met de stem. Er zijn theorieën (neurobiologie en antropologie) die staven dat zingen de allereerste vorm van communicatie is. Over het algemeen vind ik het problematisch om met de stem te werken omdat het direct invloed heeft op de inhoud (van een bepaalde tekst). Veel werken op de stem kan de inhoud nodeloos compromitteren. Ik vind het daarom interessanter te werken op de kwaliteit en de directheid van de stem.
pierre bastien: Ik ken deze fascinatie niet. Voor mij is de menselijke stem het minst interessante muziekinstrument. Ik gebruik het bijna nooit.
peter van hoesen: De stem is directer dan enig ander instrument. Uitvoerder en instrument zijn één geheel. Ik hou ervan de analoge, natuurlijke eigenschappen van de stem te combineren met het digitale, om beide kleuren te laten versmelten tot iets wat refereert aan beide werelden, maar toch op zichzelf staat. Mijn werk met
marc appart: De stem is essentieel in mijn werk binnen dans. De stem doet zijn intrede op de momenten waar de choreografie toenadering en communicatie zoekt met het publiek of met de dansers. De stem is als het eerste element van geluid. Het is daar waar de technologie niets vermag, het is daar en het is rijk, gevarieerd, dierlijk, mooi.
steve heather: De stem gebruiken is een manier om ingang te vinden in de geluidswereld en natuurlijk geeft het maken van zo'n fysiek geluid een enorme kick. Heel ons lichaam produceert, vibreert, resoneert, absorbeert en reflecteert geluid. Ik vermoed dat het op de ene of andere manier laten zweven van je stem in de lucht – of je nu zelf de klanken produceert of dat ze op voorhand opgenomen zijn – iemand ‘groter dan het leven zelf ' maakt. Dat is altijd fijn, zeker op een podium.
In mijn eigen stukken gebruik ik vaak mijn eigen teksten (maar niet steeds mijn eigen stem). In fear lab, een samenwerking met Siegmar Zacharias en
4/ AUDITIEF-VISUEEL
Leven we in een visuele cultuur, waarbij het luisteren onderdrukt wordt? Zijn we ‘ongetraind' in het luisteren? Hoe uit zich dat in het werken binnen een theatrale context?
‘Sight isolates, sound incorporates.' w. j. ong
‘We are more offended when a loud car tears down the street than when an ugly one does.' max lord
arthur sauer: Beeld zonder geluid is een dooie diashow.
ddv: Luisteren wordt helemaal niet onderdrukt in de visuele cultuur. Het is niet voor niets dat
simon williams: In theater is het gemakkelijk om geluid in deze positie te plaatsen.
yves de mey: We leven uiteraard in een visuele cultuur, met het traditionele bombardement van visuele impulsen als een steeds groter wordende constante. Maar we leven evenzeer in een auditieve, of misschien zelfs een audio-cultuur. Er is uiteraard een verschil in tolerantie tussen beeld en geluid, wat wellicht het gevolg is van een minder grondige training, misschien gekoppeld aan een kleinere interesse voor de auditieve kant van sensoriële impulsen. Luisteren is, biologisch beschouwd, ondergeschikt aan kijken – in die zin dat ons brein visuele prikkels automatisch boven auditieve prikkels plaatst. Dus, getraind of niet, we hebben puur fysiek weinig resistentie. De grote moeilijkheid van het werken met louter geluid is dat een doorsnee publiek al snel verlangt naar visuele prikkels, alsof er een collectieve behoefte is om beeld en geluid altijd tegelijkertijd te ervaren. De aanwezigheid van geluid is zelden een probleem, maar het is eerder de afwezigheid van beeld die shockeert. Wat ik daar meestal uit afleid, is dat beeld blijkbaar een hoger entertainmentgehalte heeft dan geluid. Een andere vaststelling is dat geluid vaak wordt beschreven aan de hand van visuele vergelijkingen, wat omgekeerd wellicht heel zelden het geval is.
david helbich: Ik denk zelfs niet dat luisteren noodzakelijkerwijs getraind moet worden. Wel dat het concentratie vergt. Natuurlijk stoppen we nooit met horen en dus is er geen ‘black-out' in geluid. Maar luisteren heeft een bewuste richting (of richtingen) en heeft de differentiatie van tijd en momenten nodig. ‘Hinhören' in het Duits. Actief versus passief. In het theater zijn zowel het luisteren als het horen in beschouwing te nemen en te controleren. Vaak denk ik dat dansvoorstellingen waar muziek aan te pas komt, ons eerder doen horen en verblinden, dan dat ze ons doen luisteren en kijken. Het kan helpen, natuurlijk... De vraag wordt interessanter binnen de context van een concert: de beperkte mate waarin visuele cultuur onderzocht wordt in deze scène vol freaks, is verbluffend!
peter van hoesen: We zijn ongetraind in het richten van onze aandacht. Dit heeft niets te maken met geluid en/of beeld, maar met informatie en onze verwerking ervan. De theatrale context vormt hierop (meestal) een uitzondering, aangezien de omgeving aanzet tot concentratie, tot ‘intenser' beleven. Op het eerste zicht lijkt het me dan ook een ideale positie om muziek te presenteren. De link binnen het theatrale tussen geluid en drama lijkt dit alleen maar te versterken.
aernoudt jacobs: We zijn meer geneigd de ogen te sluiten om aandachtig te luisteren, dan de oren dicht te stoppen om aandachtig te kijken. Het sluiten van de ogen brengt een verschuiving van onze perceptie teweeg, het geeft de mogelijkheid om als het ware auditief scherp te stellen. Ik denk dat het in de menselijke conditie zit om het visuele te laten primeren. Het kijken is directer. Luisteren vraagt een andere concentratie en heeft ook een tijdsgebonden aspect. Omwille van deze verschillen is, denk ik, het luisteren
over het algemeen ‘ongetraind'. Zowel in een muzikale als een theatrale context. In een theatrale context zijn horen en zien de belangrijkste zintuigen. Het gaat om een constante wisselwerking tussen beide. Hierdoor kan geluid erg verschillende gradaties en concentraties aannemen zonder dat het altijd onmiddellijk als evident wordt waargenomen. De performatieve context is een erg goeie plek om geluidsexperimenten te doen, omdat de beleving daar erg direct en driedimensionaal is.
pierre bastien: Ik zou luisteren en kijken niet tegenover elkaar plaatsen – zolang we niet spreken over dove en blinde mensen. Maar ik zou wel een onderscheid willen maken tussen sommige artistieke velden waar wel of geen nood is aan ondersteuning door geluid. Dans, theater en cinema hebben bijvoorbeeld meestal geluid nodig om vertolkt of getoond te worden. In het geval van architectuur, schilderof beeldhouwkunst werkt muziek op zichzelf, wat betekent dat het op zich al erg krachtig is. Als je de nood voelt om er een beeld bij te plaatsen, betekent dat volgens mij dat de muziek op zich niet sterk genoeg is. Het is in dat geval beter om de muziek te herwerken dan om er extra beelden bovenop te kleven. Om even terug te komen op blinden en doven, we treden zelden op voor een compleet blind publiek. Een luisteraar is ook een toeschouwer, en een symfonisch orkest aan het werk zien, of een brass band of eender welk traditioneel ensemble, is altijd al indrukwekkend geweest. Moderne muziek zal zijn kracht niet verliezen door te tonen hoe het gemaakt wordt. Mijn eigen ervaring leert me dat ik beter communiceer met de luisteraars wanneer ik hen de bron toon van elk geluid dat ze horen. Ze zullen zelfs meer genieten van de muziek wanneer ze het proces begrijpen en het mechanisme zien achter het aanslaan van de drum of het strijken van de snaren. Toch is dit geen theater: het is nog steeds muziek die je kunt voelen doorheen je oren, je huid, je zenuwen, je hersenen, en – waarom niet? – ook doorheen je ogen.
maarten van cauwenberghe: Ik denk dat de rol van muziek en geluid onderschat wordt. Onbewust is die volgens mij voor iedereen van groot belang. Altijd geweest trouwens, want zoals
muziek
Is een morele wet Zij geeft ziel aan het universum, vleugels aan de geest
steve heather:
Als ik muziek maak voor dans en theater, vind ik het van groot belang dat deze ten dienste staat van het groter geheel. Dit is volgens mij één van de moeilijkste aspecten binnen het creëren. Het geluid moet goed zijn, maar tegelijk niet té veel aandacht opeisen. Een moeilijke evenwichtsoefening. Het moet alles ondersteunen en soms sturen, het moet verrassen, een sfeer opwekken of een sfeer aanvallen en omverwerpen. Het kan alles bepalen, maar dat mag niet te opvallend zijn.
marc appart:
‘Sound is listening in images.'
Tijdens mijn samenwerking met
© Herbert Gairhos
©
5/ GELUID-RUIMTE Welke rol speelt ‘ruimte' voor jou in relatie tot jouw werk?
‘I like our music to feel three-dimensional.'
‘Like a car speaker blasting too much music, sound overflows borders. It is boundless on the one hand, and site-specific on the other.'
a arthur sauer: Een belangrijke. Met mijn stichting
ddv: Het is een valstrik om te denken dat sommige muziek enkel of beter past in bepaalde ruimtes. Afgezien uiteraard van de technische vereisten van bijvoorbeeld een symfonieorkest, moet je als muzikant elke ruimte aankunnen. Wij hebben er altijd een punt van gemaakt om op diverse plekken op te treden, gaande van fabriekshallen tot woonkamers. In relatie tot ruimte speelt enkel de afstand tot het publiek een rol, die in het beste geval wordt herleid tot nul.
simon williams: De ruimte weerspiegelen is essentieel. Indien mogelijk hou ik eraan de geluidsomgeving van de ruimte te absorberen vooraleer ik in de studio van start ga. Deze vraag naar de rol die ruimte speelt, houdt verband met de vraag waar geluid in de ruimte zelf gemanipuleerd kan worden, wat kan leiden tot inspirerende resultaten. En dan is er ook nog ruimte in geluid...
yves de mey:
david helbich: Het ruimtelijke aspect is altijd aanwezig maar wordt slechts af en toe benadrukt. Tijdens mijn voorstellingen met
aernoudt jacobs:
3/ STEM: Waarom is men zo gefascineerd door de menselijke stem en het horen van de eigen stem? Welke rol speelt de stem in jouw werk?
maarten van cauwenberghe:
Maar ook de plaats waar je een microfoon zet om een geluid op te nemen, is van belang. Een microfoon op tien meter van een piano, in een afvoerbuis kan tot fantastische effecten leiden en een heel andere ruimtelijke dimensie toevoegen dan de klassieke manier om een micro te plaatsen.
peter van hoesen: Binnen de muzikale context is er voor mij: 1)
marc appart:
steve heather: De belangrijkste ruimte is voor mij de ruimte in de muziek of het geluid zélf. Relatieve stiltes, volumes, afstanden en kwaliteiten tussen verschillende geluiden. Vanaf het moment dat het geluid de speaker of het instrument verlaat, is het onderhevig aan de fysieke/architecturale ruimte. Wanneer je dus geluid maakt voor een specifieke fysieke ruimte of een aantal specifieke fysieke ruimtes, dan moet je met dit alles rekening houden. De fysieke ruimte kan vaak allesbepalend zijn. Wanneer ik aan iets werk waarvan ik weet dat het in een bepaalde ruimte uitgevoerd zal worden, dan zal ik steeds proberen om het op locatie, in die bewuste ruimte zelf te maken.
Alive in the
sterdam, waarin ik overigens veel te lang heb gewoond.
Hippopotomonstrosesquippedaliophobia; the day I accepted it, got over it and learnt to love it, was de titel van een instal-
latie rond fobieën en ervan afgeraken. Ik maakte deze installatie voor een kelder, waar het geluid uitgezonden
werd naar draadloze hoofdtelefoons om een meer persoonlijke isolatie te creëren met geluiden die zowel van
binnenals van buitenuit in de ruimte kwamen. Ik heb ook verschillende bin aurale audio tours gemaakt door botanische tuinen en winkelcentra.
6/ STILTE
Wat is stilte voor jou in relatie tot jouw werk?
‘Silence and quiet are not the same condition.'
‘In the
r. murray shafer, The music of the environment
maarten van cauwenberghe: Ik sluit mij volledig aan bij de twee citaten.
arthur sauer:
Verder heeft stilte natuurlijk alles te maken met frasering. Betekenis ontstaat door onderscheid en de stilte maakt het onder andere mogelijk om onderscheid te maken.
ddv:
simon williams:
pierre bastien: Voor mij is dat niet echt een vraag: stilte is altijd al inherent geweest aan muziek. Merkwaardig genoeg noemt men die stilte ‘rust', alsof geluid iets uitputtend is! Als ik het nodig vind, gebruik ik stilte. Zonder daarover te theoretiseren.
peter van hoesen:
marc appart:
3/ STEM: Waarom is men zo gefascineerd door de menselijke stem en het horen van de eigen stem? Welke rol speelt de stem in jouw werk?
yves de mey:
Het suggereren van stilte door net de aanwezigheid van geluid te gebruiken, is een ander deel van mijn werk. De emotionele kant van stilte, het effect of de impact die het heeft op performer én publiek kan vaak even goed bekomen worden door geluid dat stilte illustreert. En net op dat moment wanneer het geluid in functie van stilte zichzelf in vraag stelt, krijg je volgens mij de perfecte balans van wat je hoort en denkt te horen.
david helbich: Ik schreef een aantal stukken, binnen een muzikale context, waar enkel het uitvoerende lichaam overblijft (Hallo 1-2-3-4-5,
In instrumentale composities denk ik graag na over de duur van een “intellectuele echo” van muzikale events. Wat de gaten daartussen opvult, is het geheugen. En de verwachtingen. Misschien ook de anticipatie. En, afhankelijk van het werk (en de plaats) ook omgevingsgeluiden. (Dat is vraag 6 beantwoord met vraag 4 en 5: De ‘breuk' is datgene dat beslist of het de visuele aspecten van de performance, dan wel de ruimte is, die je aandacht vasthouden...).
aernoudt jacobs: Is stilte een niet-akoestisch fenomeen? Het relationele aspect van stilte intrigeert me.
steve heather:
Auteur Anne Dekerk, Maarten Soete
Publicatie Etcetera, 2007-09, jaargang 25, nummer 108, p. 20-63
Trefwoorden geluid • stem • stilte • muziek • technologie • ruimte • hoesen
Namen A tot Z. • Analoog • Ancienne Belgique • Arco Renz • Bent Object • Bjarni Helgason • Brandon LaBelle • Charme • Chris Chesher • Coca Cola • David Gilmour • David Toop • De Grote Oorlog • Do-It-Yourself • Dog Box • Douglas Kahn • Ellen Vandepitte voor Echo • Geluid • Haltungsschaden • Haunted Weather • Hotel Modern • Igor Stravinsky • Ivana Müller • Japanse • Keine-Spiele • L'Obvie • Marshall McLuhan • Mike • Muziek • Noise Water Meat • Out” • Patton • Peter van Hoesen • Plato • Ruimte • Shila Anaraki • Soundcraft • Stilte • Technologie • The Game of Life • Vanuit • Victor Hugo • Vlucht • Vrolijkheid • West • While • Xander de Boer
Development and design by LETTERWERK