Archief Etcetera


Reflections in J



Reflections in J

Reflections in J

Anthony Coleman

Componist, pianist en keyboardspeler. Leeft in New York City; speelde muziek en maakte opnames in de hele wereld, zowel met eigen projecten als binnen andere ensembles. Eigen formaties, o.a.: Sephardic Tinge, The Selfhaters Orchestra, Lobster and Friend. Als begeleider bekend om zijn werk met Marc Ribot's Los Cubanos Postizos, John Zorn, duo's met Shelley Hirsch. Opnames met Elliot Sharp, David Moss en vele anderen. Complete discografie: www.northwestern.edu/jazz/artists/ coleman.anthony/discog.html

Ze waren niet bepaald verliefd op elkaar tijdens die Spaanse Gouden Eeuw -maar ze sloegen elkaar ook niet meteen de hersenen in. En dat is al heel wat. Het doet me wat denken aan New York. Alles interpenetreert hier alles- tot op zekere hoogte. Begin jaren tachtig was ik regelmatig voor langere tijd in Joegoslavië. En dat vond ik ook al een aardige lappendeken annex smeltkroes. Wel, je ziet maar wat mijn oordeel waard is...

Omdat we deelnamen aan de recente heropleving van een bepaald 'joods-positief' bewustzijn, vraagt men ons voortdurend te verduidelijken wat dat nu eigenlijk betekent. Wel, ik kan niet weerstaan aan een klassieke joodse mop. Een jood die schipbreuk leed op een verlaten eiland, wordt daar na drie jaar gered. Trots gidst hij zijn redders op het eiland rond, toont het irrigatiesysteem, de weiden en de boomgaarden, de schuur, het huis en alle andere bouwwerken. Aan het uiteinde van het eiland staan twee kleinere gebouwen. 'En dit', zegt hij, 'zijn de synagogen.' 'Twee?' vragen zijn redders verbaasd. 'Je leeft hier toch helemaal alleen?' 'Wel,' zegt hij, 'deze gebruik ik om in te bidden,

in die andere zou ik voor geen geld ter wereld willen binnengaan!'

Moet ik dit uitleggen? Wij, joden (en dan vooral wij, Radicale Joden), zijn een zootje dwarsliggers. Je zal bij ons geen consensus vinden, integendeel. We vertegenwoordigen geen 'eengemaakt front'. Maar we keken rond - ieder van ons, individueel - en zagen dat dit belangrijk deel van onze eigenheid -dit joods-zijn-ontbrak als (bewust gekozen) kleur in ons palet. En dit leek wat belachelijk, gezien het feit dat we materiaal gebruikten van over de hele planeet en uit de hele geschiedenis, dat in onze computers en mixers stopten... Dus nu hebben we dit eraan toegevoegd, en...? Wel, wat mij betreft is er heel wat geweest van hetgeen de Frankfurter School-jongens 'vulgaire mimesis' noemden: blinde reproductie van muzikale beelden uit het zogenaamde Teven', met daarbovenop een patina van creatieve recontextualisering. Jawel, ik verwijs hierbij naar mijn persoonlijke béte noire - het verkeerde syllogisme 'joods is gelijk aan klezmer'.

Mijn probleem met klezmer of eender welke andere betekenisdrager van 'joodsheid' in de muziek heeft iets te maken met hun relatie tot het woord 'radicaal' en wat het betekent of kan betekenen. Indien het woord au sérieux genomen wordt, moet het iets te maken hebben met een taal die van de toehoorder een ontmoeting verlangt met dat muzikale materiaal dat verder duidt dan voor de hand liggende identificatie. Als we het over politiek hebben, moet ik toegeven dat mijn politiek dikwijls (niet altijd) 'culturele politiek' is - hoe dom dit vandaag ook moge lijken. In dat verband, ligt dit citaat van Adorno mij zeer nauw aan het hart: 'Er is wat verwarring over de sociale functie van het spreken over engagement. Wie van een kunstwerk verwacht dat het iets uitdrukt, vormt vanuit een cultuurconservatieve geest front tegen het hermetische, nutteloze kunstwerk, en dit samen met zijn politieke tegenstanders. Wie naar verbanden zoekt zal eerder Sartres Huis Clos diepzinnig vinden dan geduldig naar een tekst te luisteren



waarin de taal de betekenissen dooreenschudt en door de afstand tot haar betekenissen op voorhand al tegen de positieve verwachting van betekenis rebelleert. [...]' (T.W. Adorno, Engagement, in Zin Dialektik des Engageinents, Frankfurt, Suhrkamp, pp. 7-31.)

Adorno zat er dikwijls naast. Maar ik deel zijn achterdocht omtrent de nood aan een 'betekenis' of'boodschap' in kunst. De uitdaging 0111 bewust in joodse termen te denken over mijn werk lag voor mij in het kijken naar één element van mijn specifieke specificiteit (en collectiviteit) - een element dat wezenlijk ontbrak in mijn eclectische reeks matrices - en zien of mijn versplinterde taal kon overleven. Er waren er die het anders oplosten: door 'grote momenten uit de joodse geschiedenis' op te roepen, raakpunten te zoeken met de droom van een 'erfgoed', enzovoort. Het is zeer begrijpelijk dat discussies over Radicale Joodse Cultuur impliciete vragen bevatten naar de relatie tot 'identiteitspolitiek' (bijvoorbeeld zionisme). Maar ik denk dat het onmogelijk is om dit soort vragen systematisch te beantwoorden gezien de veelheid van onze 'synagoges'.

Ik ben altijd een grote fan geweest van liet Art Ensemble of Chicago en ik heb nooit gevonden dat hun slogan Great Black Music: Ancient to the Future ook maar iets te maken had met klassieke 'separatistische politiek'. Wel voelde ik aan dat hun wereldvisie, zoals die in hun muziek tot uiting kwam, inclusief was.

Op het gevaar af me kwetsbaar of geïsoleerd op te stellen, zou ik willen stellen dat diegenen onder ons die een band hebben met de term Radicale Joodse Cultuur hun diepste muzikale ervaringen -tenminste in onze vormingsjaren- kunnen terugbrengen tot verschillende soorten 'zwarte muziek'. Het is belangrijk om dit voor ogen te houden, gezien het herschrijven van de klezmer-geschiedenis als een continuüm en niet als een zieltogend genre dat aan een revival toe is. Zonder het gevoel van ontheemding dat velen van ons in een bepaald of in alle genres voelden, zou er nooit zoiets geweest zijn als 'downtown music'. Ik kan voor mezelf stellen dat ik niet op zoek ben naar een groter gevoel van 'horen tot' dan het deelachtig zijn aan die gemeenschap van ontheemden (misschien zoek ik dat wel maar wil ik het niet vinden! Sommigen noemen dit een uitgesproken 'joodse' houding...) Maar hier wordt ook de valstrik van de 'nieuwe joodse cultuur' duidelijk: de notie van 'er zijn' of'horen tot'... Mijn Radicale Joodse Cultuur vindt zin in teksten als Lenny Bruce's Jewish and

Goyish (met het meesterlijke begin: 'Dig: I'm Jewish. Count Basie's Jewish. Ray Charles is Jewish. Eddie Cantors goyish...'; geciteerd in The Big Book of Jewish Humor, uitg. William Novac/Moshe Waldoks; Harper Perennial 1990, pag. 60. Eddie Cantor was een populair, main-stream joods entertainer; 'goyish' betekent 'niet-joods', niet zelden in een ietwat pejoratieve betekenis gebruikt) en in de kunst van de vervolgden: de Celans, de Schoenbergs, de Benjamins...Maar ik weid uit... Terug naar de politiek...

Sommigen van ons in Radjew Culture komen uit een uitgesproken 'linkse' achtergrond en kunnen (verhit) debatteren over het gehalte van politiek engagement in onze muziek. Maar het zou fout zijn te veronderstellen dat de downtown NY avant-garde van nature uit een politiek 'linkse' beweging zou zijn. Sommige boegbeelden lijken 'apolitiek' op die onbewuste wijze die neigt naar populisme of libertijnsheid. En in dat soort op emotie drijvende politieke filosofieën is de ruk naar nationalisme, naar bloed-en-bodem-ideologieën sterk aanwezig. En toewijding aan cultureel nationalisme is nog steeds nationalisme ook al is het maar een kwestie van een sterk beeld te vinden. En niet bewust zijn van sociaal-politieke implicaties van een bepaald beeld doet die implicaties niet verdwijnen...

Dus, gezien het feit dat we geen consistente ideologie hebben, wat kunnen wij, muzikanten, een wereld bieden die er vaak op gericht lijkt om zichzelf op te blazen? De droom van het Spanje uit de 13de eeuw? Het paradigma van New York? De microkosmos van een muziekgroep die in zijn muziek en bezetting de complexiteit en multiracialiteit van een stad vertegenwoordigt?

Waarschijnlijk moet ik eindelijk toegeven dat mijn kostbare subjectiviteit een flinke deuk kreeg door de perceptie van Radicale Joodse Cultuur als een 'beweging'. Het is één aspect van het genie van John Zorn om een patroon gedetecteerd te hebben, iets in de Zeitgeist, en eenmaal het gedetecteerd was om er een perfect hyperbolische naam voor te bedenken. Als 'beweging' heeft de Radicale Joodse Cultuur gefaald. Maar het is inherent aan bewegingen dat ze falen. En het zijn geen mislukkingen alleen maar omdat ze mislukken. Er werd iets blootgelegd, er werd iets ontdekt - er is geen ommekeer mogelijk. Maar ik wil mijn collega Marc Ribot citeren: 'The first radical Jewish fests were interesting as external transgressions against external anti-Semitism. Then the fests changed and became interesting for constituting aggres-sion against unwritten rules of Jewish expression

within Judaism. But by the tliii d round of fests, it got so being 'really' Jewish meant playing Klezmer scales and being mad at Germans. To me tliat seemed like 'acting Jewish', which I am not interested in... so I quit. I am not a radical Jew anymore, I'm a cowboy, a spaceman, an Eskimo.'

Al wie trouw is aan zijn begrijpbaar gevoel van vervreemding is een eskimo. Het comfort van een 'genre' of'etnische stijlfiguur' - hoe briljant gebruikt ook - is zichzelf iets wijsmaken. Maar ik wil hier niet in een depri-stemming eindigen. Niet terwijl ik in Alphabet City leef, terwijl ik in onze (afbladderende) Gouden Eeuw van Spanje leef, waarin Puertoricanen huil autoradio's opblazen, terwijl de 'jeunesse dorée' zichzelf een kick bezorgt door in een sjieke buurt te wonen voor 2000 $ per maand, getormenteerde joodse bohémiens (mezelf incluis) de downtown-geschiedenis bepalen, niet alleen van het sjtetl uit het begin van de eeuw, maar ook de Ginsbergsiaanse-Kerouaciaanse-Burroughsi-aanse geschiedenis... Dan zijn er de Poolse en Oekraïense restaurants, relicten vanuit die periode van het leven in East Village. En we hebben onze locale moskee - behoorlijk controversieel na 11 september - maar hij gaat zijn gang... en daklozen (nog altijd) van allerlei pluimage, Koreaanse 24-uren-traiteurs, Pakistaanse krantenventers, een volledig Japanse straat (verschillende restaurants, supermarkt, sakebars, bakkerij-café etc...). Ik hoef er geen tekeningetje bij te maken. De Radicale Joodse Cultuur is hieruit voortgesproten - en glijdt er ook in terug. Wij Radicale Joden zijn tot de vaststelling gekomen dat we niet alleen maar 'Amerikanen' zijn - en dat is een goede zaak!

Kan dit de wereld redden, kan dit een model vormen om in alle verscheidenheid samen te leven? Waarschijnlijk niet.. .Want er is geen integratie zonder 'het integreren' en hoewel wij (de 'downtown' gemeenschap van muzikanten) inclusief zijn in onze geest, waarschijnlijk ook in ons hart, wanneer het eropaan komt om ons te horen is wat je het vaakst op scène ziet, een zee van blanke mannen.

Ik had besloten om te schrijven over wat ik ervaar, niet over wat ik zou willen ervaren. Onze invloeden komen van overal, en de meesten onder ons zijn hieraan trouw. Maar een meer gedetailleerd antwoord over de uitdagingen van het leven en werken in een multiculturele gemeenschap, vereist grotere uitdagingen om op te reageren.

Vertaling uit het Engels: Dirk Seghers


Development and design by LETTERWERK