LORENT WANSON:
'de notie sociaal-artistiek getuigt van minachting'
etcetera
Op een bepaald moment zegt De Cauter dat wij de mensen gebruiken. Ik heb zin om die vraag om te draaien. Indien het woord van de families van de vierde wereld, of van de
etcetera Het theoretische probleem van
etc etera Maar uzelf maakt geen deel uit van de uitgeslotenen. U hoort tot wat De Cauter noemt de 'hoge cultuur'.
wanson In de artistieke en sociaal-culturele démarche die we sinds enkele jaren hebben ontwikkeld, heb ik mijzelf nooit beschouwd als deel uitmakende van de hoge cultuur. De artistieke ruimtes zouden evenzeer de ruimtes van volkscultuur (niet: populaire cultuur) moeten zijn als van hoge cultuur.
etcetera De mensen die het theater bezitten, maken deel uit van de 'hoge cultuur'. Er is een bepaalde machtsstructuur: de plek van het woord is niet in het bezit van degenen aan wie u het woord wilt geven.
wanson Liet simpele feit dat het woord gegeven wordt aan bijvoorbeeld de families van de derde wereld stelt dat gegeven al in vraag. Waarom zou je de premisse immers niet in vraag stellen: waarom is die ruimte bezet door de hoge cultuur? Ik wil van daaruit herbeginnen. '
Ikzelf maak inderdaad geen deel uit van de vierde wereld. Indien ik er zelf over wil praten, moet ik systemen gebruiken die moeilijk kunnen getuigen van de werkelijke ervaring van dat soort leven. Ik moet beelden gebruiken, a-priori's, zelfs al zijn ze positief. Dat is echter
een gesloten, nauwe blik op de zaak. Terwijl de families die de voorstelling speelden in ieder geval dragers zijn van de ervaring zelf. Hun leven is er één van dagelijkse weerstand, een leven waarin je telkens de energie moet vinden om je meubels te verbergen voor de deurwaarder komt, of om je kinderen achter te laten opdat ze niet door het gerecht zouden worden afgenomen. Het is een leven van een uitzinnige gewelddadigheid en van weerstand, die mij en een deel van het publiek veel kracht geeft. Wij voeren immers slechts een weerstand van het symbolische type. We bieden bijvoorbeeld weerstand aan extreem-rechts, maar wat wil dat zeggen? In zekere zin is dat slechts theorie. Die ervaring van weerstand en kracht ten opzichte van geweld, kunnen alleen die families geven. Ik ben daar als kunstenaar niet toe in staat. Zelfs niet om daarvan te getuigen. Ik kan het niet de draagwijdte, de kracht en het gewicht van het reële geven.
Dierentuin
ETCETERA Een veelgehoord verwijt is dat dat theater een soort dierentuin toont. wanson Wie dat zegt, plaatst zich in een superieure positie, die in de voorstelling wordt aangeklaagd. Acteurs en kunstenaars vormen eigenlijk ook een marginale sociale klasse, zitten ook in een hokje in de dierentuin. Op café zijn acteurs makkelijk te herkennen. Dus waarom zouden wij, die ook onderhevig zijn aan een beeldvorming, noodzakelijk op een minachtende manier over het beeld van iemand anders moeten spreken? We hebben geprobeerd hun kennis en kunde met de onze te kruisen. Een schooljongen heeft kennis en kunde die zijn leraar niet heeft, bijvoorbeeld knowhow over drugs dealen. Waarom zou de artiest noodzakelijk superieur zijn aan de mensen met wie hij werkt? Dat zou inderdaad willen zeggen dat hij ze gebruikt voor hun marginaliteit. Het principe van dit project was nu net dat wij evenzeer in de zoo zitten. De politici maken ook deel uit van de zoo. Het probleem is dat de hokken nooit open zijn. Zij die spreken van een 'dierentuinervaring'
etcetera 79 O O O
21
bij het bekijken van voorstellingen als Les ambassadeurs de
etcetera Vertrekt u bij het maken van uw theater van de esthetische idee dat de ervaring, de beleefde realiteit, veel sterker is dan al wat in woorden kan gezegd worden door iemand die erbuiten staat?
wanson Het punt was niet de realiteit op de scène zetten, maar de realiteit voorstellen. In de voorstelling kreeg je geen resem prikcontroles, of scènes in het hospitaal, of scènes over de moeilijkheden van het leven. De dingen werden gezegd, gedanst, gezongen. Er werd onderzocht hoe je een 'arme' op de scène zou zetten. De voorstelling onderzocht de notie van representatie. Welke blik werpt men, de kunstenaar incluis, op de realiteit, en hoe kan men zich laten penetreren en veranderen door de werkelijkheid van de andere?
etcetera Wilt li de wereld veranderen met uw theater? Zijn uw projecten sociaal-artistiek? wanson Natuurlijk wil ik de wereld veranderen, hoewel dat absurd is. Het doel is het bevragen van de samenleving. In deze voorstelling was het doel, zowel voor de families, voor mij als voor de rest van de ploeg, naar een soort bevrijding te gaan. Voor de families was het de bevrijding van het opgesloten zijn in hun eigen verhaal. Zij hadden het gevoel dat hun verhaal zot draaide, dat zij de enigen waren die leden. Als je het verhaal van elkeen contextualiseert, stoot je op krachtlijnen van onrechtvaardigheid. Je legt de vinger op het mechanisme waardoor een familie op een bepaald moment in grote problemen terechtkomt. De voorstelling gaf hen de mogelijkheid niet langer in hun verhaal opgesloten te zitten, maar het ook aan de toeschouwer te geven, opdat het ook een wapen wordt voor ons. We krijgen inzicht in welk soort politieke, justitiële en economische schema's wij ons bevinden. Zo wordt bewerkstelligd dat we het samen begrijpen. De toeschouwer ondergaat immers hetzelfde soort onrechtvaardigheden, weliswaar op een minder gewelddadige manier. Wij bevinden ons in hetzelfde kader. De bedoeling was dus niet om goed te doen voor de arme. De bedoeling was onze blik op elkaar te onder-
zoeken, en dus niet zomaar het tonen van een etnologische film, die onze blik op de armen of op de Papoea's of op de
Volkscultuur
etcetera
etcetera De populaire cultuur die
aan zichzelf.
etcetera Dat kan je zeggen van elke vorm van cultuur. Niemand kiest zelf zijn cultuur. wanson De volkscultuur werd gaandeweg gemaakt door de verhalen van mannen en vrouwen. Het is een manier om beleefde verhalen door te geven. Nu zijn jongeren losgerukt van hun eigen verleden. Ouders vertellen de verhalen van hun grootouders in de mijnen niet meer. Je geschiedenis gaat terug tot het televisiejournaal van de vorige avond. Daarom zei ik dat de verhouding tot de dingen quasi pornografisch is: je staat er helemaal alleen tegenover. Populaire cultuur zorgt niet voor eenmaking, maar voor reële onderdrukking. Men heeft de mensen leren lezen en schrijven om Het Laatste Nieuws te kunnen lezen. Om dus nog meer gemanipuleerd te worden, nog goedgeloviger te worden. Dus dat is een vorm van onderdrukking. Terwijl Les ambassadeurs de
etcetera
etcetera Volgens hem is het paternalisme watje doet.
wanson Al wat ik probeer te doen is anti-paternalisme. De Cauter zet zichzelf in die positie van dominantie ten opzichte van de ander, een positie van waaruit hij enkel paternalistisch zou kunnen zijn. Hij beschouwt zijn kennis als superieur aan de kennis, van welke aard dan ook, van de andere die hij kruist. Dat is voor mij heel problematisch. Want dat is veelbetekenend voor de premisse dat de wereld niet transformeerbaar is. Het is heel erg indien de intellectu-
22 ® ® ® etcetera 79
Les ambassadeurs de
elen liet deel van de bevolking worden die de transformeerbaarheid van de wereld weigeren, omdat het de enige manier is waarop ze een identiteit kunnen affirmeren. Waar anders dan in het theater kunnen verschillende werelden elkaar ontmoeten, met elkaar botsen, ontdekken wat de ander is, samen discussies en spanningen creëren (niet: integreren, of getolereerd worden, twee verwerpelijke noties)?
etcetera Een andere stelling die De Cauter opwerpt tegen geëngageerd theater is: het wezen van kunst is de vorm. In geëngageerde kunst blijft de vorm achter op de bedoelingen.
wanson We hebben geprobeerd de werkelijkheid in representatie te zetten. De werkelijkheid was zich er dus ten volle van bewust dat ze voorgesteld werd. Bedoeling is ook weer acteur te worden in het leven, in de wereld, ik bedoel acteur als actor, dadensteller. De laatste zin van de voorstelling is: 'Redevenons acteurs', actors van verandering in de maatschappij. Wanneer ik
een acteur regisseer, ga ik uit van diezelfde etymologie: stel daden. Omgekeerd kan ik het eens zijn met wat De Cauter zegt over vorm. Ik vroeg me af of een Afrikaans beeldje goede kunst is of niet. Dat is van dezelfde orde: het is brute realiteit. De families in de voorstelling waren geen acteurs, ze proberen niet om theater te maken. De vorm die eruit komt, lijkt dan ook op geen enkele andere. Het is een vorm die van dezelfde orde is als het
ETCETERA Ik zou niet zeggen dat het
etcetera Vandaar dus het probleem van De Cauter. Het immediate kan niet op scène gebracht worden, omdat het zal gemedieerd worden door een enscenering, een vorm. Dat is een probleem, omdat de mediëring ontrouw is aan het immediate van het of de andere.
wanson Dat is zo voor elke artiest. Wat is het verschil met hoge kunst, zeker als het gaat om levende kunst? De integriteit, het leven, de realiteit van de acteur zijn toch noties waar theatermakers mee werken. Zoekt de hoge kunst in het
En omgekeerd: die families hadden ook techniek nodig op de scène. Op het einde vertellen ze heel intieme verhalen. Ik wilde niet dat ze in de emotie gingen hangen. Er was een geschreven tekst en die repeteerde ik met hen. Ik werkte met hen op techniek, net zoals ik met elke andere acteur doe. Wat is het verschil? De vraag van de vorm in de kunst is een moeilijke vraag. Voor mij bestaat de kracht van kunst
etcetera 79 O O O
23
erin ook de toeschouwer te ondervragen over wat hij bekijkt. Zoals wanneer je naar
What you see is what you are
etcetera In die relatie wordt wat u toont op de scène door de toeschouwer als exotischer, en bijgevolg als 'authentieker' ervaren. Maar vanop het moment dat je dat op de scène zet, is het niet meer iminediaat.
wanson Het is tegelijk wel en niet iminediaat. Het is het niet omdat elke avond hetzelfde wordt herhaald, net als bij alle andere voorstellingen. Wat dat exotisme betreft, geef ik een voorbeeld in verband met volkscultuur. Een paar jaren geleden heb ik in de
Wat mij in Les ambassadeurs de
in zo erg mogelijke situaties. De vraag draait dus om de blik van
De vorm is daar met verschillende toegangsdeuren: kleine en grote. De vorm is de vraag van de aanvaarding of weigering van de andere. Je construeert de vorm om te communiceren, ook al kan het provocatie zijn, of een wil om pijn te doen, of wat dan ook. Ons beroep bestaat in de wil om verhalen te vertellen aan anderen.
etcetera Het tweede argument dat
etcetera Is het ook een middel van sociale actie, een middel om dingen in de wereld te veranderen?
wanson Dat hoeft niet per se. Elke gestelde daad, artistiek of niet, is sowieso een ideologische daad. Het is altijd een stellingname ten opzichte van de wereld. Je vertelt altijd nog iets anders dan wat je vertelt. En naargelang er een militant van het
De stelling van
etcetera Het kan wel kunst zijn, maar dan omwille van iets anders dan die wil tot het overbrengen van boodschappen, of de wil om iets in de wereld te veranderen.
wanson In mijn geval wil ik de maatschappij ondervragen. Dat gaat alleen via het stellen van vragen die een zekere opschudding teweegbren-
gen. Ik ben me daarbij bewust dat elke daad die je stelt sowieso ideologisch is, ook al wil je dat niet. Het zijn standpunten over de wereld: wat vertel je over de wereld in de manier waarop je een acteur leidt, de manier waarop je een scenografie concipieert, de manier waarop je de relatie met het publiek concipieert, enzovoort.
etcetera Uw visie op kunst is anders dan die van
24
® ® ® etcetera 79
wat niet? Anderzijds weet ik niet in hoeverre de strijd rond de definitie van de kunst belangrijk is. Ik wil niet per se kunstenaar bevonden worden. Als hij mij geen kunstenaar vindt, dan ben ik dat niet. Geen probleem. Indien ik geen hoge cultuur produceer, dan is dat maar zo. Dat is niet problematisch.
etcetera Hij gaat ervan uit dat u hoge cultuur maakt. Dat is net het probleem, wanson De definitie van kunst moet teruggebracht worden naar de vraag wie kunst definieert. Wie heeft daar recht op? Dus niet alleen: wie heeft recht om op een scène te staan en te spreken? Maar ook: wie heeft het recht in de zaal te zitten, die hem toebehoort, en te kijken? Indien je het sociaal-politiek bekijkt - en ik weet niet of dat in
voor de spelers, maar ook voor de toeschouwers. Ik stel me net dezelfde vraag bij gelijk welke voorstelling. Het is niet de missionariskant die me interesseert. De actie komt mee met het kunstwerk. Sinds een aantal jaren zijn al mijn repetities open voor het publiek. Er komen bijvoorbeeld scholen kijken, en het werk ontwikkelt zich in het debat met de mensen. Dat is geen culturele actie - dat zou een te smalle interpretatie zijn. Ik doe dat omdat ik nood heb aan dat contact met de realiteit. Als kunstenaar heb ik heel veel schrik om mij te verwijderen van de realiteit en te beginnen zweven. Je komt zo makkelijk in een beperkt milieu terecht. Ik heb het geluk gehad dat ik op bepaalde momenten in mijn leven arbeiders heb ontmoet die in vakbondsacties verwikkeld zaten. Zo kreeg ik natuurlijk zin om ook met hen te praten, om de kring uit te breiden. Indien leerlingen zich vervelen tijdens schoolvoorstellingen, dan is dat omdat de makers niet de stap zetten naar hen toe. Wat is er erger dan in groep naar een saai stuk te gaan kijken? Natuurlijk zijn ze rumoerig. Dus wat is dat voor iets, die dominantiepositie die wij altijd innemen, over beheersing van de vorm enzovoort?
Les ambassadeurs de
Les ambassadeurs de
Auteur Clara Van den Broek
Publicatie Etcetera, 2001-12, jaargang nr79, nummer 21.txt, p. 21
Trefwoorden wanson • cauter • ambassadeurs • families • lieven • volkscultuur • kunst • cultuur
Namen Afrikaanse • Arne Sierens • Beckett • Beursschouwburg • Brecht • Brussel • Duitsland • In Les • J'ombre • Lambada • Lieven De Cauter • Lorent Wanson • Marginalen • Marokkaan • Marokkanen • Nieuwe Zakelijkheid • PVDA • Quart Monde • Quick of MacDonalds • Religie • Roemeense • Salo van Pasolini • Théâtre National • Vlaams Blok • Vlaamse • Vlaanderen • Volgens • Waalse • Wedekind • l'ombre
Development and design by LETTERWERK