Het theater als artistieke pleister op de 21ste eeuw
Kunst voor iedereen!
Meer jongeren en migranten in de theaters!
Meer maatschappelijke relevantie!
Meer artistiek profiel!
Dirk Pauwels gaat, zwalpend tussen ironie en ernst,
de kretologie van vandaag te lijf.
Kunst is voor en van iedereen; het wordt stilaan tijd dat de ganse gemeenschap nu maar eens van deze democratische verworvenheid gaat genieten. En niemand minder dan wij, de cultuurontwikkelaars, de artistieke ondernemers en curatoren, beschikken over de nodige drive en knowhow om daar van alles aan te doen. Toch blijft het raadzaam de (gesubsidieerde) kunstenaars en hun professionele hofhouding in ‘t oog te houden en hen – de minister indachtig – te blijven wijzen op hun brede sociale plicht, want de spreuk
Van alles voor iedereen en voor iedereen van alles!
Gelukkig is er geen échte reden tot paniek want het gaat verrassend goed in het theater, het toneel boert over ‘t algemeen goed. Het scala aan theatrale toepassingen is nog nooit zo verbijsterend veelzijdig geweest, over variëteit hebben we duidelijk niets te klagen.
De artistieke VIP die zijn huis of organisatie gedurende het seizoen regelmatig met stijl wil representeren, kan daartoe kiezen uit een ruim premièreaanbod. De daarmee gepaard gaande recepties zijn doorgaans goed tot zeer goed verzorgd en men kan er zich vrijelijk tussen de interessantste artistieke koppen van
In dit verband zullen onze
We hadden het bijna over het hoofd gezien, maar sedert enige jaren wordt op cultureel vlak van alles gedaan voor en door jongeren. Na de kleine en middelgrote structuren werpen zich nu ook de mastodonten met ongeziene ijver op deze doelgroep. Jongeren mogen nergens meer ontbreken en zeker niet op de vooruitstrevende vaderlandse podia. Als ze er en plus een bij voorkeur ‘internationale' kunstenaar als edelleraar en regisseur bij krijgen is het helemaal mooi: dan is er, bijvoorbeeld, meteen ook sprake van een ‘confrontatie', een in het theater veelgebezigde uitdrukking die afhankelijk van de context iets vagelijk artistieks dan wel iets pedagogisch kan suggereren, en ook – al was het maar een heel klein beetje – iets strijdbaars. Het hoogst in deze categorie scoort echter het goed gedoseerde gebruik van de jonge allochtoon – al was het maar om zichzelf van zijn eigen politieke correctheid te overtuigen, of het collectieve geweten te sussen of het talrijk opgekomen, welmenend publiek te laten voelen dat het in goed gezelschap verkeert, ergo zich naar het goede gezelschap heeft begeven.
We zijn wreed goed bezig!
Centraal in het plaatje staan natuurlijk onze programmatoren, van hen hangt uiteraard àlles af. Zij zijn de zogenaamde ‘neuzen' uit het veld en de smaakmakers. Het zijn zij die uiteindelijk de touwtjes in handen hebben. Zij weten wat het publiek, dan wel hún publiek lust en zijn terecht van mening dat een volle zaal de ambiance van een voorstelling en dus uiteindelijk ook het artistieke resultaat ten goede komt. Met dit engagement tegenover het publiek zijn zij het die het kaf van het koren weten te scheiden, zij beslissen ook wat voor hun publiek inhoudelijk kan of eventueel niet kan. Sommige kunstenaars passen in hun profiel, andere passen iets minder of niet in hun profiel. En, het ene profiel werpt al wat meer slagschaduw dan het andere: de theatermaker die vanzelf volk trekt, vindt vanzelfsprekend wat makkelijker toegang dan de anderen.
De grootste en meest spraakmakende programmatoren zijn onze culturele wereldreizigers. Diegenen voor wie de
Zoals u zelf kan zien, ook met dit professionele kunstensegment gaat alles goed. Onze programmatoren zijn duidelijk op een groot domein actief, ze zijn intussen vaak hoger en specifiek voor hun taak opgeleid en bijgevolg erg bekwaam én, niet onbelangrijk: hun aantal groeit - baronnen naast kleine ondernemers, elk naar eigen nering en stijl, zoals in de echte wereld. Allemaal samen vormen ze één grote gemeenschap. Ze zijn in de loop der jaren – deels door de inhoudelijke consensus die vandaag gelukkig heerst – steeds meer op elkaar gaan lijken. Ze hebben nu ook één gezamenlijke missie: een groot publiek gelukkig maken met kunst die voor veel verschillende mensen toegankelijk is en waar de pers zo goed en zoveel mogelijk over schrijft, want het ene brengt nogal eens het andere teweeg.
En de cultuurconsument, voor wie dacht dat ik hem vergeten was, moet ook niet klagen. Hij wordt héél goed verzorgd en zelfs in het theater verzekeren we hem op subtiele wijze dat hij belangrijk is, dat we het eigenlijk allemaal voor hém doen. Hij kan desgewenst het maandblad, krantje of zelfs magazine van zijn favoriete culturele instelling in de bus krijgen, hij kan de betaalde of gesponsorde advertenties in de dag- en weekbladen op zich laten inwerken, als hij naar het theater gaat, worden hem talloze flyers van gelijkaardige initiatieven in de handen gestopt en vechten affiches die hem nogmaals herinneren aan deze of gene voorstelling om zijn aandacht. Om de trouwste klanten tijdig te binden en vooraf te imponeren zijn er de schone dikke jaarboeken. Die van onze meest gereputeerde en grootste cultuurhuizen zijn overigens echte pareltjes van grafische en fotografische kunst, zo indrukwekkend mooi zelfs dat ze in sommige gevallen dreigen de kwaliteit van de voorstelling die ze aankondigen te overstijgen. Eén schoonheidsfoutje echter: wegens timingproblemen klopt de vermeende inhoud van de te maken voorstelling vaak niet meer met de uiteindelijke productie, maar dat is al bij al ook niet zó belangrijk, de begeleidende teksten moeten voor alles ‘wervend' zijn en de foto's ‘tot de verbeelding spreken'.
Laat ik het publiek dus vooral niet horen klagen: het theater en de podiumkunsten in het algemeen bloeien als nooit tevoren, het aanbod is enorm, het aanbod is divers, het aanbod is kwalitatief hoogstaand, de kaartjes zijn middels overheidssubsidies spotgoedkoop en het publiek wordt vooraf professioneel geïnformeerd! Wie nog steeds niet houdt van wat men nog altijd als avant-garde bestempelt en zweert bij meer traditionele formules, kan als vanouds
Arbeit macht frei,
Ook de minister van
Informatie is alles, alles is informatie!
Dat onze geëerde minister in staat is het veld serieus zenuwachtig te maken, bleek toen er na de persconferentie van Het Toneelhuis een bijna veertien dagen durende heuse perspolemiek losbrak over publiekscijfers, subsidievergelijk en gigantische deficits. Iedereen nogmaals een dikke proficiat. (Het zou overigens een schoolvoorbeeld van hedendaags management betekenen mocht iemand, liefst een vrijwilliger, eens de totale loonkost berekenen die onze
In elk geval: op de redacties her en der te lande sloeg de vlam meteen in de pan: de geïnteresseerde lezer werd in het lang en het breed geïnformeerd over de bittere ingrediënten in spannende interne keukens. En aldus werden – met het juiste gevoel voor contemporaine openheid, transparantie, correctheid en vooral verhouding – vele katernen volgestouwd met boeiende ditjes en datjes en het opwindende wel en wee van omgaan met overheidsgeld. Alle voor de hand liggende actoren van dienst kregen, elk op hun beurt, met uitzonderlijk gulle hand een plekje toegewezen om hun mening te ventileren. (Trouwens een goede gelegenheid om terloops de wederzijdse vetes en frustraties nog eens subtiel aan te zetten.) Aldus mocht elke cultuurliefhebber zich geheel onverwacht maar terecht verblijden in een opflakkerende maatschappelijke relevantie van de kunst! Ten bewijze: er bleek ineens geen enkel gebrek aan mediaruimte en publieke belangstelling te bestaan voor culturele informatie – nochtans een litanie die op eenvoudig verzoek door elke cultuurredacteur spontaan wordt aangeheven – en dat nog wel zonder écht schandaal. Voorwaar, Het Gaat De Goede Richting Uit. Zoveel is zeker.
Dat die maatschappelijke relevantie werkelijk met woeste slagen om zich heen grijpt konden we enkele maanden eerder al voorzichtig voelen toen onze alerte media alarm bliezen voor de fusieperikelen van de
Daarnaast was het ronduit aandoenlijk welk een zorgvuldige bocht gemaakt werd rond de essentiële problematiek van de theateropleiding. Men reduceerde het inhoudelijk debat vakkundig tot een dispuut rond twee
Nee, we mogen niet klagen, maar toch één woord van kritiek dat mij van het hart moet... de nationale dimensie van de theaterscholenproblematiek kan toch ook in human-interest-verpakking worden verslagen! De ‘vliegende reporter' kan toch eens poolshoogte gaan nemen over hoe men de dag van vandaag acteurs maakt. ‘t Is toch ook logisch dat als het in
Natuurlijk, we moeten ook eerlijk bekennen (en ons tenslotte bij onze leest houden), de hoofdredacteurs weten beter dan wie ook wat ze moeten serveren om de concurrentie het hoofd te bieden – net als wij in de culturele sector overigens – ze zijn er immers voor opgeleid en aangeworven. En dat ‘elitair' en ‘intellectueel' – categorieën waaronder de inhoudelijke dialoog soms wel eens pleegt te ressorteren – minder scoren, ja, in sommige milieus zelfs scheldwoorden aan ‘t worden zijn, dat voelen wij in de culturele sector namelijk óók. Weinigen zullen het toegeven, maar eigenlijk voeren wij één en dezelfde strijd! En we zijn natuurlijk ook dankbaar met de fenomenale belangstelling die we de laatste tijd toebedeeld kregen. Ons hoort u niet klagen. Toch moet ik ridderlijk toegeven dat het sinds enige tijd – vóór de heropleving van onze maatschappelijke relevantie – ‘k weet niet hoe gemakkelijk is om in
De toekomst lacht ons toe
Intussen kunnen we ons alweer wat gaan ontspannen en onze geëerde minister heeft ervoor gezorgd dat er weinig wonden moeten worden gelikt: de subsidies zijn nu écht binnen en wij, de bevoorrechte gelukzakken van de culturele elite, kunnen weer voor vier jaar aan ‘t werk. Het debat over de zin van de podiumkunsten zal weldra weer zachtjesaan uitdoven. Onze maatschappelijke relevantie zal spijtig genoeg ook weer wat afnemen en – belangrijker – we zullen weer wat minder in de krant komen. Misschien moeten we wat meer échte ondernemers uit de echte wereld aantrekken zodat er af en toe ook eens wat geld kan worden verduisterd, of misschien vlucht er wel een zakelijk leider van één van onze grotere huizen naar
De minister mag dus gerust zijn,
Ten slotte nog een paar tips en goede raad voor alle goedmenende collega's die het helaas niet zo goed doen als wij – en dat moet toch kunnen in een vakblad als dit: het belangrijkste dat ik kan aanraden is dat ons werk vanaf nu drempelverlagender, socialer ingebed en toegankelijker voor iedereen moet worden! Het betrekken van jongeren en allochtonen en het gaan werken in wijken etc. scoort, èn zal ook met subsidies gehonoreerd worden. Eigenzinnigheid en artistieke vrijheid zijn noodzakelijk, maar met mate. We moeten in deze tijden de goede beleidsmakers ondersteunen en kunst produceren die niet blind is voor de prangende sociale problemen. De dialectiek van de geschiedenis vraagt nu eenmaal af en toe offers (u moet zelf eens opzoeken, om de hoeveel tijd dat nu precies plaatsvindt). Bestrijd de opvatting de kunst te laten aan de kunstenaars alléén – zij zijn met veel te weinig om maatschappelijk iets te kunnen uitrichten. We moeten dat durven onder ogen zien! Zij hebben dan ook nood aan artistieke huizen die hun producten wat richting geven en natuurlijk op de juiste manier aan de man brengen. Vergeet daarbij niet dat wie er vandaag werkelijk toe doet, in de mainstream opereert! Daar bevinden zich de barricades van vandaag! Werk u dus in de kijker en zet een statement neer: verdien bijvoorbeeld uw subsidies terug! Of laat u in met popartiesten, televisiemakers, tv-persoonlijkheden, populaire plastisch kunstenaars en politici van allerlei overtuiging. Betrek deze mensen actief bij uw artistieke activiteiten, zij hebben doorgaans een fijne neus voor wat marcheert! Probeer verder de missie natuurlijk niet te nadrukkelijk te formuleren en houdt het charmegehalte voldoende hoog. Een combinatie van spanning, ontroering en de juiste waarden zijn het dramaturgisch credo van morgen. Dat is toch allemaal niet zo erg, gewoon even op de tanden bijten. De zogenaamde pure kunst, die kunnen we nog altijd in onze vrije tijd beoefenen.
Auteur Dirk Pauwels
Publicatie Etcetera, 2001-03, jaargang 19, nummer 75, p. 20-23
Trefwoorden relevantie • ondernemers • culturele • klagen • onze • eens • goed
Namen Antwerpen • Antwerpse • Belangrijke Buitenlandse Festivals • Belgische • Big Brother • Cultuur • De Morgen • Decleir • Dora Van der Groen • Freiheit • Gent • Godzilla • Het Theaterfestival • King Kong • Kunst Veredelt • L.A. • Marino Keulen • Nederlandse • New York • Peter Pan • State of the Union • Theaterzaal van de Vooruit • VLD-cultuurspecialist • Victoria • Vlaamse • Vlaanderen • Zuid-Amerika
Development and design by LETTERWERK