i
In
Trekt de danswereld zich terug in zalige onwetendheid?
Hoe opmerkelijk verlicht is de utopist Laban temidden van deze tijden! Hoe onbarmhartig de historie: het was Laban die zijn handtekening zette onder de bewégingskoren voor
Labans choreografieën hebben niet dezelfde impact gehad als zijn gedachtengoed. Afgezien van de
Correspondentie
Als danspedagoog heeft Laban daarentegen onmiskenbaar sporen nagelaten. De door hem ontwikkelde methoden om vorm en verloop van een beweging en het gebruik van tijd en gewicht daarin te analyseren - Labannotatie en effortnotatie - worden nog steeds toegepast in de specialistische gebieden van de dans, arbeid en sport. Laban en consorten hebben zich ingezet om de dans(expressie) over de hele samenleving te verspreiden. Dans-expressie, danseducatie en gemeenschapsdans hebben onderhand in meerdere landen vaste voet aan de grond gekregen.
In de
Dergelijk systeemdenken doet vandaag benauwd aan. Het geloof in een strikte scheiding van een uiterlijke vorm en een innerlijk leven is overigens filosofisch ontmaskerd: hoe kan het stoffelijke immers met het onstoffelijke interageren als ze van principieel andere aard zijn? Bovendien is het gedachtengoed van Laban bezoedeld sinds
kultur heeft gerecupereerd. De nazi-ideologie verbond waardeoordelen aan de oorsprong en locatie van het lichaam. 'Mens sana in corpore sano', een gezonde geest in een gezond lichaam. En een
9-punts equilibristisch kristal
Wat moeten we vandaag dan met een door de tijd achterhaalde utopist? Wonderlijk genoeg is het
Zijn vormsysteem mag dan wel nog bruikbaar zijn, de ruimtelijke referentiekaders die Laban koos voor het beschrijven van de ruim-
22
ETCETERA XIV I 55
Aus einem festlichen
Gaukelei -
te komen nu des te antieker over. Definieert hij immers niet de ruimte rondom (het centrum van) de danser zoals ooit de zon en andere planeten geacht werden om de aarde, centrum van het universum, te draaien? Het ruimtebegrip van
Labans streven naar harmonie vloeide voort uit een wereldopvatting die equilibrium als ultiem doel stelt. Instabiele bewegingen moeten Laban ondenkbaar zijn voorgekomen (i): 'De architectuur van de droom kan de wetten van het evenwicht negeren, net zoals droombewegingen dat kunnen. En toch: altijd zal een fundamenteel evenwichtsgevoel ons eigen blijven, zelfs in de meest fantastische afwijkingen van de werkelijkheid.' (Choreutiks, p.5)
Een goede dertig jaar later laat Forsythe zijn dansers met passie de instabiliteiten in een beweging opzoeken, die punten waar alternatieven zich (wel moeten) aandienen. Hij benadert in principe ieder punt in het lichaam als ruimtelijk oriëntatiepunt van een beweging, verschuift oriëntatievlakken zodat de ruimte, zowel voor de danser als voor de sensitieve toeschouwer, voortdurend transformeert.
Space:
Niet alleen Labans ruimtemetafoor en har-moniedenken hebben plaats moeten ruimen voor andere opvattingen, ook de notie van collectiviteit is vandaag niet meer op eenzelfde manier te begrijpen. Meer nog, nadat het afgelopen decennium de idealistische collectieve bouwwerken van de jaren zestig en zeventig heeft afgebroken, lijkt een tijdperk van hyperindividualisme aangebroken. Een voortschrijdende versplintering die nu ook de premissen van onze identiteit lijkt te willen raken.
Nu technologische ontwikkelingen medische transplantaties en grafische manipulaties mogelijk hebben gemaakt, klinkt scherper dan ooit de vraag hoe we dan nog onze identiteit kunnen ontlenen aan ons lichaam, het zachte vlees, de botten en organen? Hierdoor gefascineerd stellen met name beeldende kunstenaars het (biologische) lichaam en zijn manipuleerbaarheid ter discussie. Iemand als Forsythe verplaatst zijn interesse steeds radicaler naar de dansers zelf. Samen met een groeiend aantal choreografen bestudeert hij met belangstelling de anatomie, fysiologie en de zintuiglijkheid van dansers (2). Het vormonderzoek van de highbrow abstracte dans lijkt daarmee een verloving aangegaan met de 'movement research' die vooralsnog vooral in de onderstroom opereerde (3). Het resulteert in voorstellingen die een immens genot zijn. Even deelgenoot te kunnen zijn van ragfijn precieze bewegers! Hoe delicaat de composities op de vierkante millimeter. Hoe rijk aan contrasten.
Mijn tijdgenoten zullen dit rijkgeschakeerd bewegen hopelijk niet interpreteren als
de unieke drager van één universele emotie. Immers: zelf fervent liefhebber van de abstracte dans, roep ik luid: lang leve de steelse humor, lang leve de meerduidigheid van het bewegen, de afstandelijk-ironiserende commentaren, de ambivalentie van gevoelens. Lang leve het understatement.
En toch, en toch. Labans geloof in de waarachtigheid en collectiviteit van emoties mag dan door de tijd achterhaald zijn, is ieder onbevangen exposeren en delen van gevoelens daarmee ook bij voorbaat verdacht? Het zou dwaas zijn te veronderstellen dat het gevoelsleven (voorgoed) op het plan van het individuele geplaatst zou zijn: de hele notie van 'cultuur' draait toch immers om uitvinden, herontdekken, vormgeven, uitwisselen en verrassen? Gangs en subculturen drijven op codes; het
We kunnen denkbeeldig kilometer na kilometer afleggen. Gehuld in mijn kunststof oranje
24
ETCETERA XIV I 55
Drachentöterei - Kammertanzbühne
dat haar
Tussen de virtuele ruimtereizen zouden we bijna vergeten dat een mens zich ook fysiek kan verplaatsen. De beeldend kunstenaar
Hoe kan een individu zich verhouden tot een 'werkelijke' omgeving: een ander, de 'samenleving? Hoe beïnvloedt de omgeving je eigen leven? Ikzelf ben geboren en getogen in een - letterlijk en figuurlijk - geruisloos gehucht. Zou het leven in het centrum van een 'wereld'stad, grotesk maar altijd van geluid vervuld, mijn zenuwstelsel systematisch veranderen en de zintuigen verdoven?
Wat is er nu feitelijk veranderd?
De
discours of haar onderwerp - samenleven en samenleving? Is de zogenaamde individualisering een volgende stap in de 'bevrijding van de burger' of een intellectueel rookgordijn voor het feit dat bepaalde kwesties feitelijk nooit opgelost zijn?
Terwijl differentiatie gepredikt wordt - ongetwijfeld als theoretische voedingsbodem voor het verkondigd individualisme - worden we herhaaldelijk geconfronteerd met de manifestaties en consequenties van deze verscheidenheid. Of juist: het ontbreken van emancipatie. Want zijn het verkondigde individualisme, de raciale, seksuele en ideologische differentiatie, het insluitende geen toverwoorden in een tot actueel uitgeroepen discours om te verhullen dat de emancipatie op een bepaald punt is halt gehouden of in een impasse geraakt? Harde feiten: het versplinteren en verenigen van landen en groeperingen (geen historisch novicum, maar daarom niet minder confronterend), oorlog (eveneens van alle tijden), (wederom) verbroken illusie van vreedzaam samenleven, (wederom) ideologische tweespalt.
Deze tijd vertoont een aantal uiterlijke kenmerken van het interbellum dat Hitiers pad plaveide: een economisch zorgwekkende situatie, een quasi-belangstellend insluiten van het exotische, een hervonden belangstelling voor het lichaam én spiritualisme, het uitsluiten van nieuwe landgenoten, morele réveils, reactionaire tendensen en een toenemende overheidsregulatie - die ook in de kunsten voelbaar wordt. Mag ik nu, gezegend immers met een postmodern relativerende levensinstelling, ironisch glimlachend deze slu-
we constatering verwelkomen? Of moet ik -desnoods onterecht - vrezen dat de geschiedenis zich herhaalt? Hoe huiverig we ook mogen zijn voor dogmatiek en classificeerdrang, kunnen we de vinger leggen op de formules die ten grondslag (kunnen) liggen aan totalitaire systemen?
Kunnen we, tussen alle geluiden over het lichaam, in ieder geval één kritische kanttekening over het moreel waarderen van menselijke lichamelijkheid ontwaren? Kan een kunstenaar eigenlijk wel de vinger leggen op wat met ons zal (kunnen) gebeuren?
De vertrouwde stijlmiddelen waarmee het typische '
Het onderzoek waarmee Forsythe en de zijnen bestaande vormen en structuren afbraken, heeft een schat aan principes en fenomenen overgeleverd. Het is wellicht deze - 'onbeladen' - differentiatie van vormen die het kader heeft geschept, en zo de weg geplaveid voor de viering van het individu. De sensitiviteit, anatomie en verbeelding van individuele dansers kunnen daarbinnen goed gedijen. Maar hoe wonderlijk ook, in deze roerige tijden te constateren dat de abstracte dans zich in een schulp verschuilt. Forsythe, Miller,
ETCETERA XIV I 55
25
drea
De ruimte als omgeving
Bij Forsythe, Teshigawara en Van Dijk neigt het lichaam naar een staat van onthechting, Miller laat haar dansers voortdurend ontsnappen aan hun actuele locatie, en bij Roebana 8c
De diagnose van
Optredens op de straat voor een openlijk kritisch publiek zijn zo oud als het theater. Er heerst een tendens om de setting van het theater als museaal te beschouwen. Een aantal performancemakers beziet nu, opnieuw, waar en voor wie ze willen optreden, in welke condities hun werk kan worden geapprecieerd.
We kunnen ook draden oppakken waar die ooit zijn losgelaten. Forsythes structuur-denken is in belangrijke mate gevoed door de (taal) filosofie en natuurwetenschappen. Die leverden hem methodes om bewegingen te genereren en om composities voor meerdere dansers te maken. De systeemtheorie en de natuurwetenschappen bieden kaders waarbinnen vragen over differentiatie, verandering, de aard van veranderingen, interactie en controle specifiek te lijf gegaan kunnen worden. Met name theorieën van zelf-organisatie kunnen een situatie vormgeven waarin individuen zich een plaats kunnen bevechten in een veranderlijke omgeving. Niet toevallig speelt een deel van de theorievorming in de zogeheten ecologische psychologie zich in deze velden af.
En Laban? De geschiedenis kan wreed zijn voor pioniers van weleer. Labans ideologie is besmeurd geraakt, door toedoen van zijn tijdgenoten nog wel. Maar met de tijd kunnen tegelijk ook de oorspronkelijke betekenissen verdwijnen, zodat we een begrip of persoon kunnen waarderen alsof het een eerste kennismaking betreft. Ontdaan van de geboden vormt Labans 'solfège' bruikbaar basismateriaal voor het vormgeven van beweging en ruimte. Laban zelf laat in zijn geschriften de omgeving, voor zover die buiten de kinesfeer valt, buiten beschouwing. Toch moet hij erover hebben gefilosofeerd, getuige daarvan het volgende fragment uit Choreutiks. Binnen het complexe werk dat de hedendaagse dans voortbrengt, bewijst de betrekkelijke eenvoud van Labans principes haar waarde: hun simplificaties werken verhelderend.
Voetnoten
1. Na de oorlog verzette de
uit simpele principes, alternatieve trajecten en strategieën en toevalsprocessen).
2. Een ontwikkeling 'van buiten naar binnen' die vergeleken kan worden met de historische ontwikkeling van de 'movement research': van de vorm naar de zwaarte (mechanica) naar de botten (anatomie) en ademhaling (fysiologie) naar de werking en kwaliteiten van organen, spieren en weefsels (meer fysiologie).
3. Een aantal van Labans tijdgenoten heeft explicieter en diepgravender dan Laban anatomisch onderzoek gepleegd. Onder meer dankzij methodes van buiten het theater zoals t'ai chi, yoga, aikido en wetenschappelijk en therapeutisch onderzoek (
26
ETCETERA XIV I 55
Lege ruimte bestaat niet, integendeel, ruimte is een overvloed van gelijktijdige bewegingen. De illusie van lege ruimte komt voort uit de idee dat waarnemen plaatsvindt door middel van een opeenvolging van momentopnames. Wat de geest waarneemt is echter meer dan een geïsoleerd detail: het is een tijdelijke stilstand van het hele universum. Zó een momentaan inzicht is altijd een concentratie van de oneindige fase van de grootse, universele stroom.
Vormen zijn nauw verbonden met beweging. Elke beweging heeft haar vorm, en vormen worden tegelijk mét en door beweging geschapen. De illusie van stilstaande beelden creëert een artificiële scheiding van ruimte en beweging. Vanuit een dergelijk standpunt bezien komt ruimte voor als een leegte waarin voorwerpen staan en - af en toe - bewegen.
De conceptie van ruimte als een localiteit waarin veranderingen plaatsvinden kan hier te hulp schieten. We moeten echter de localiteit niet simpelweg beschouwen als een leeg vertrek, noch moeten we beweging slechts beschouwen als een toevallige gebeurtenis, aangezien beweging een voortdurende stroom is binnen de localiteit zelf - het fundamentele aspect van ruimte.
In het verleden hebben we al te koppig vasgehouden aan een statische conceptie van onze omgeving, en dientengevolge aan een misvatting van het leven in het algemeen en van ons eigen leven in het bijzonder. Vandaag de dag zijn we wellicht te zeer gewend aan het begrijpen van voorwerpen als zelfstandige entiteiten, in gestabiliseerde posities naast elkaar staand in een lege ruimte. Van buiten gezien mag dat als zodanig verschijnen, maar in werkelijkheid vinden voortdurend uitwisseling en beweging plaats. Geen enkel moment bereiken ze een absolute stilstand, want de materie is zelf opgebouwd uit vibraties. We spreken slechts van beweging wanneer we deze zien als een ononderbroken stroom. Extreem langzame, zwakke of verstrooide bewegingen doen ons vermoeden dat voorwerpen in een toestand van rust en immobiliteit verkeren. Deze impressie van rust is een illusie. Wat we niet kunnen waarnemen met onze zintuigen, vooral met onze fundamentele zintuigen van de tast... blijft onwerkelijk, en het bestaan ervan wordt ontkend totdat intuïtie of onderzoek de unieke en universele rol van beweging als zichtbaar aspect van ruimte ontdekt.
Beweging is, zo bezien, levende architectuur - levend zowel in de zin van veranderende plaatsing als van veranderende cohesie. Deze architectuur wordt geschapen door menselijke bewegingen en wordt gebouwd uit trajecten die vormen in de ruimte aftekenen, en deze kunnen we traceer-vormen noemen.
■ ^ 1-,
Kooroefeningen van de Labanscholen van Hamburgen Berlijn (ca. 1930)
ETCETERA XIV I 55
27
Auteur Paul Derksen
Publicatie Etcetera, 1996-04, jaargang 14, nummer 55, p. 22
Trefwoorden laban • labans • omgeving • beweging • ruimte • fysiologie • vormgeven • dansers
Namen Alexander • Amanda Miller • Anouk Van Dijk • Balanchine • Beilage tu Heft • Berlijner Potzdammerplatz • Bijzondere Plek • Braque • Brecht • Cunningham • David Zambrano • De Beweeging 96 • De Chirico • Donald Flemmming • Duits • Ernst • Gonnie Heggen • Harijono Roebana • Hitier de Körper • Hitiers Olympiade • Hollandia • Internet • Jahrganges der Zeitschrift • Joep van Nieuwenhuizen • Katie Duck • Klapstuk • Kraftwerk-retrospectief • Körperkultur • Labanschule Hertha Feist • Laienclior • Leine • Manifest • Marsck • Meg Stuart • Murnau • Net-surfende • Nikoiai Bernstein • Olympische Spelen • Pabst • Paul Derksen • Paul Selwyn Norton • Picabia • Picasso • Riefenstahl • Rudolf von Laban • Russische • Saburo Teshigawara • Schlemmer • Sovjet-overheden • Star Trek-stijl • Sternberg • Steve Paxton • Stramm • Tanztheater • The Final Frontier • Van Ostaijen • Verenigde Staten • Von Stroheim • WLT-setje • Weill • Weimar-republiek • Westen • Wet van Correspondentie • William Forsythe • Yamaha-jack
Development and design by LETTERWERK