Bijna een jaar
Eerder Karel Appel dan
1
Nog niet zo lang geleden werd door het
2
Uit de statistieken van de
Uit deze cijfers en uit de analyse van
Artistieke kwaliteit valt immers niet uit de lucht: naast de allereerste voorwaarde van een grote dosis talent en werkkracht is zij mede het produkt van een hele reeks organisationele faktoren die de weg van een voorstelling tussen repetitiezaal en publiek kruisen.
Men kan de vraag niet ontwijken of kwaliteit niet de facto verdwijnt wanneer een theater niet meer nadenkt over zijn sociale functie en zich bijgevolg niet meer gaat "herkneden" om uitdrukking te kunnen geven aan de actuele realiteit (zowel binnen de maatschappij als binnen de kunst).
Zoiets heet vastlopen in structuren. Men kan het theater vandaag niet verwijten dat, maatschappelijk gezien, het cultuurpubliek in diverse publieksgroepen uiteenvalt; men kan het wel verwijten daar niet alert of creatief genoeg op te reageren.
In
Over dit bijna afgeronde eerste seizoen van
Avontuur
Kun je los van deze bepalende basisgegevens toch een balans opmaken van wat in dit eerste seizoen van jullie intenties gelukt is en wat niet?
"Wat ons erg is tegengevallen, is de mate van flexibiliteit waarmee we hebben kunnen werken. Dat heeft echter meer te maken met produktionele omstandigheden dan met artistieke uitgangspunten, die we al dan niet hebben ingevuld. Wat goed is gelukt, is dat we een groot aantal voorstellingen hebben gespeeld vanuit heel verschillende invalshoeken en met heel verschillende vormgevingen; we hebben -- ook dat behoorde tot onze plannen -- veel nieuw
Wat ook niet gelukt is, is om de zalen permanent vol te krijgen (cfr. de cijfers hieronder), maar op dat vlak is één seizoen wel erg weinig om reeds een oordeel te vellen."
Publiek
Hebben jullie het gevoel aan een ander publiek te bouwen dan er b.v. vroeger naar het
"We hebben het gevoel dat dat begint; over harde cijfers om dit te bewijzen beschikken we niet. Behalve dan dat ons percentage abonnementenpubliek onvergelijkbaar veel lager ligt dan voorheen bij het
Is dat een bewuste keuze van jullie om niet op abonnees te mikken?
"Van ons uit ja. Als je je profileert als groep waar in principe alles mogelijk is en waar produkties dus op een laat tijdstip gepland en uitgebracht kunnen worden, dan kun je niet alles zes of negen maanden op voorhand vastleggen. Het zou hypocriet zijn om je dan te willen beroepen op een abonnementenpubliek. Maar kennelijk is het zo dat de gang naar de Stadsschouwburg voor een groot aantal mensen enkel gebeurt bij de gratie van het abonnement. Er bestaat geen band in de Stadsschouwburg met een theaterpubliek. In de maandagenda's van
Lijdt het beeld dat
"Uiteindelijk spelen wij slechts 80 voorstellingen in de Stadsschouwburg, maar de blokken waarin we geprobeerd hebben onszelf te profileren, hebben zich in feite tegen ons gekeerd; in die zin dat mensen zeggen: "Ik had die produktie graag gezien, maar dié veertien dagen was ik net niet vrij". We hebben dit jaar 16 of 17 produkties uitgebracht en dat wekte de indruk van "ze zijn overal", maar gelegenheid om ons te bekijken was er nauwelijks. In
Denk je dat die verschillende voorstellingen op verschillende locaties ook verschillende publieksgroepen trekken?
"Dat gevoel heb ik niet. Toen we op een bepaald moment in het seizoen drie voorstellingen tegelijkertijd op en rond het
Waar heeft het gebrek aan flexibiliteit -- waarover je het in het begin had -- zich nog gemanifesteerd?
"We zijn heel optimistisch aan de slag gegaan met de idee: "We doen dit eerste seizoen zoveel mogelijk; als mensen het leuk vinden om ergens aan te werken, dan kan dat; we zien wel waar, hoe en wanneer we het uitbrengen".
Maar in de praktijk bleek het bijna onmogelijk om genoeg produktie- en
repetitietijd te creëren en genoeg plekken om iets te laten zien. Volgend seizoen proberen we dat op te vangen door in blokken te werken, zodat iedereen na een eerste periode weer vrij is om in een tweede periode aan het werk te gaan. Dit jaar konden een aantal mensen die samen aan de slag gingen dat gewoon niet, omdat alles zo vreselijk kriskras verdeeld was. Aan de kant van de acteurs (± 34) was dat nog het minst problematisch; vooral produktioneel gezien konden we die situatie niet bolwerken. Daarvoor zou je een gezelschap moeten hebben met zes vaste regisseurs, vier dramaturgen en vijfproduktieleiders, een groter decor- en kostuumatelier, een uitgebreider technisch apparaat én meer speelruimte."
Ensemble
Hebben jullie in dit ene seizoen een weg afgelegd op het vlak van de ensemblevorming?
"Ensemblevorming is absoluut een hoofddoel. Op grond van o.a. ook de
Een van de boeiendste facetten van
"En dat heeft zich ook in andere produkties doorgezet: in de stukken van
Je hebt vroeger in de middelgrote struktuur Globe gefunctioneerd. Waar liggen voor jou de verschillen tussen die ervaring en wat je nu hier meemaakt.
"Er is daartussen helaas weinig verschil.
Teksttheater
Als je de globale praktijk van
"Een stadstheater zeker niet; stadstheater wil zeggen dat je een eigen zaal hebt waarin je als gezelschap het beeld bepaald. En wie is er vandaag niet met "repertoire" bezig? De enige inhoud die het woord repertoiretheater in
Laten die inhoudelijke affiniteiten zich omschrijven?
"Dat is moeilijk. Ik huiver er een beetje voor dat in te vullen, al was het maar uit angst hierdoor toch weer zaken uit te sluiten die je niet wil uitsluiten. Wat het nooit mag zijn is: cliché. Het mag nooit enkel naar zich zelf verwijzen in een vorm waarin dat gebruikelijk is, want dat is een functie die theater niet meer hoort te hebben in deze tijd. Ik ben niet geïnteresseerd in theater dat probeert
Door die nadruk op wat "de materia-liteit van het moment" zou genoemd kunnen worden, ben je meteen ook heel maatschappelijk bezig...
"Absoluut, het gaat immers niet om een soort
Wat is dan jullie relatie met de traditie?
"We putten eruit en we zetten er ons tegen af. Het is toch vaak zo dat teksten uit "de traditie" bevrijd moeten worden om weer naar ze te kunnen luisteren, om je er weer opnieuw toe te kunnen verhouden."
Structuren
Vanuit de
Terug in de woestijn
men in
"Het blijkt overal moeilijk te zijn om geïnspireerde toneelleiders te vinden, d.w.z. mensen die een opvatting hebben over toneel, die over de kundigheden beschikken om die ideeën in een toneelvoorstelling om te zetten en die ook in staat en bereid zijn zich de last van een gezelschap op de nek te halen. Soms gebeurt het dat gezelschappen een aantal jaren minder lekker lopen en dan gaan mensen roepen: "Dat moet maar verdwijnen". Ik ben ervan overtuigd dat als een geldstroom van een bepaalde plek verdwijnt, die er ook nooit meer terugkomt. Zo werkt de politiek nu eenmaal. Men zegt niet: "De goeie artistieke mensen zijn op dit moment niet voorhanden; we schorten alles 4 of 5 jaar op en dan zien we opnieuw"; dat geld komt nooit meer terug. Je moet dus maar voor de continuïteit kiezen en op de koop toe nemen dat het ergens een paar jaar minder lekker loopt; alhoewel ik het verschrikkelijk vind om verkalkte structuren in stand te houden; dat geeft nooit iets goeds, tenzij het zo'n woede opwekt dat mensen zich te weer gaan stellen."
Jullie krijgen zo'n 9 miljoen gulden subsidie. In onze normen zijn dat echt "grote middelen"; daar tegenover zijn onze drie repertoiregezelschappen slechts middelgrote structuren. In
"Die groepen zijn opgeheven omdat het daar artistiek en qua publiek niet meer lukte. In
Is
"WVC wou dit gezelschap graag; men vond nl. dat het tijd werd dat Gerardjan Rijnders een plek kreeg om permanent flinke dingen te maken; maar de gemeente Amsterdam zat absoluut niet op een gezelschap als
Conclusie
"Een conservatief repertoiretheater heeft m.i. maar heel kort bestaan, of althans een korte bloeiperiode gekend: van onmiddellijk na de tweede wereldoorlog tot ongeveer 1960: op dat moment was er een geweldige eruptie; er werd geschreven, geregisseerd en gespeeld door mensen die bijna een decennium lang afgesloten waren geweest van de wereld. Maar daarna is door de rol van de televisie het hele zicht op onze cultuur zo veranderd, dat alle vormen ervan aan een grote heroriëntatie toe zijn en dat elke vorm van theater die zich ent op het namaken van wat op de televisie gebeurt ten dode opgeschreven is. Die heroriëntatie betekent voor het theater een grotere stap dan voor ballet en opera. Dat die nu zeer populair zijn is binnen die ontwikkeling terecht en begrijpelijk. Ik denk ook dat het daarom heel goed is om op een plek als de
Marianne Van Kerkhoven
Auteur Marianne Van Kerkhoven
Publicatie Etcetera, 1988-05, jaargang 6, nummer 21-22, p. 13-16
Trefwoorden toneelgroep • amsterdam • seizoen • stadsschouwburg • niet • henneman
Namen Afrikaanse • Amalia Ro-driguez • Amsterdamse • Anton Pieck • Aulis Foto's Kees de Graaff • Bakeliet • Belgische • Bellevue • Broad-wayproduktie • Brussel • Centrum • Cox Habbema • De Salon en ADM • Ed-ward II van Marlowe • Eindhoven • Engelse • Frouke Fokkema • Geert Opsomer • Globe-ervaring • Globe-periode • Ifigeneia • Informatiecentrum In-bel • Jan Ritsema • Janine Brogt • Jeroen Henneman • Kunst om de Kunst • Kwartet van Muller • Lars Norén • Leidse • Leun • Nederland • New York • Persona en De Salon • Peter Oosthoek • Publiekstheater • Sigrid Koetse • Stadsschouwburg en het • Stadsschouwburg van Amsterdam • TV-drama • Terug in de • Theater Communications Group • Toneelgroep Amsterdam • Woestijn
Development and design by LETTERWERK