DE TIJD 21-1-1953 (4068) (HUGO CLAUS)

Nog niet zeker...

zegt Hugo Claus

Van wie weet wie hadden wij het gerucht vernomen, dat de Nederlandse Comedie het voornemen koesterde een stuk van Hugo Claus op het repertoire te nemen. Wij weten van niets - zeiden ze in de achterkamers van de Stadsschouwburg. Maar vraag het Claus - voegden ze er vaag aan toe. Hij loopt met Simon Vinkenoog in de stad deze dagen. Om vijf uur zaten wij tegenover elkander.

Is het waar van dat stuk?

Sst! - riep Claus.

Sst! - echode Vinkenoog.

Dat is nog niet zeker - zei Claus.

Nog lang niet zeker - echode Vinkenoog.

Hij is mijn secretaris - zei Claus. Het stuk heet "Een bruid in de morgen". Hoe vind je de titel? Maar het is nog niet zeker. Waarom schrijf je niet iets over mijn gedichten? Ik woon in Rome. Eerst heb ik drie jaar in Parijs gewoond. Na twee jaar en negen maanden kon ik geen Parijs meer zien. Nu woon ik in Rome, Via di Trasano. Ik was even overgewipt naar Brussel. Nu Amsterdam. Ik heb ook een serie van zes eenacters geschreven. Een er van is in Belgiƫ door leerlingen van het Conservatoire gespeeld. Ik regisseerde zelf. Dat doe ik nooit meer. Het publiek heeft er erg van genoten. Omdat er een schijnwerper, die branden moest, niet brandde. Ze vonden de duisternis zo experimenteel. Mijn laatste publicaties: een grote gedichtenbundel, "Een huis dat tussen nacht en morgen staat". Hoe vind je de titel? Hij is verschenen bij de Sikkel in Antwerpen en bij Damen in - hoe heet het ook weer. Een andere bundel - wacht, dan zal ik het voor je opschrijven - heet "Tancredo Infrasonic". Moeten we weer weg, Simon? Hij is mijn secretaris, weet je. Tot ziens.